Ons gezin bestaande uit David Heymans mijn vader ,Sara Heymans-Bouwman mijn moeder, mijn tweelingzuster Willy Heymans en ik zelf John Heymans, waren met een transport van 4 Sept.1944 uit Westerbork met de Barneveldgroep na een drie dagen durende treinreis in veewagons in Therezienstadt aangekomen. Vader kreeg werk als arts, als narcotiseur bij Prof.Dr. Stein, een zeer kundige en bekende oogspecialist en chirurg .Over deze Dr. Stein wil ik in een apart verhaal terugkomen. Maart 1945 arriveerden In Therezienstadt , de overlevenden van de z.g.n. dodenmarsen. Als medicus werd vader samen met andere artsen belast met het opvangen van deze overlevenden die in een buitengewoon slechte conditie waren, zoals bevroren ledematen, volkomen uitgehongerd. Velen hadden gras gegeten en dagen geen voedsel gekregen.Tevens kon het maagdarm kanaal van velen geen voedsel meer verteren. Vader vertelde ons dit alles, en ook dat hij en zijn collega's geen medicijnen konden voorschrijven, want die waren er niet. Het enige dat ze konden doen was deze mensen aandacht geven en naar hun verhalen luisteren. Vader heeft vele nachten naast de bedden van deze slachtoffers gezeten en hun verhalen opgeschreven, dit gaf deze terminale zieke mensen een goed gevoel, dat hun getuigenissen, door een arts die hun vertrouwen had, werd op geschreven en deze gruwelijke belevenissen niet verloren zouden gaan voor de komende generatie. Nadat vader op 80 jarige leeftijd overleed aan bloedkanker in Haarlem 1986, vonden we de betreffende verhalen, opgetekend uit de monden van niet levensvatbare overlevenden van de dodenmarsen. Wij de kinderen Heymans mijn tweeling zuster, ik zelf en mijn broer Hugo, na de oorlog geboren, genoemd naar vaders oudste broer, schonken deze opgeschreven getuigenissen aan Yad Vashem, het is uit het Nederlands vertaald in het Hebreews door Dr. Dasberg en te vinden in het archief van Yad Vashem in Jeruzalem ,onder nr.12360. Het originele beschreven slechte kwaliteit papier kreeg een speciale chemische behandeling zodat het vele jaren leesbaar zal blijven . Vader informeerde speciaal bij de Hollandse overlevenden, of ze iets wisten over zijn broer Hugo, die na eerdere geruchten aan deze doden marsen had moeten deelnemen. Uiteindelijk sprak hij met enkele doodzieke patienten, die niet meer levensvatbaar waren, en deze vertelden hem dat ze enkele dagen samen met Hugo hadden opgelopen maar dat hij op een zeker punt niet meer in staat was te lopen. Een ieder die niet verder kon, werd op bevel van de bewakers "uit zijn lijden verlost". Dit was het laatste bericht dat we betreft Hugo te horen kregen !!!!!!!!!!
P.s
In Mei 1940 was Hugo in het toemalige Palestina waar hij journalistiek werk verrichte toen het duitse leger Nederland binnenviel, is hij met de eerste gelegenheid terug gekeerd naar Nederland teneinde zijn vrouw Elizabeth, wij noemden haar Liezel, overleden in Auschwitz 1943, niet alleen te laten. Hij heeft toen zijn koffer moeten achterlaten in zijn hotel in Haifa. In 1948 heeft zijn zuster Anneke Heijmans deze koffer opgehaald in het betreffende hotel. De koffer was nooit open gemaakt; de hotel eigenaar was er naar zijn zeggen van overtuigd, dat iemand de koffer ooit eens zou komen ophalen.
John Heymans