Joseph de Rooij, slager van beroep, was een zoon van Mozes de Rooij en Elizabeth Moscoviter. Hij trouwde in Rotterdam op 10 Februari 1937 met Leentje Boeki, een dochter van Azor Boeki en Hendrika Kulman. Het echtpaar kreeg in 1942 een zoon Mozes Henny.
Joseph de Rooij woonde met zijn vrouw Leentje Boeki in April 1940 in de Kruisstraat 61b in Rotterdam maar op 22 November 1940 verhuisde hij met zijn vrouw naar het Nenijto-terrein, inrichting 65 van de gemeente Rotterdam, totdat hij en zijn vrouw in October 1941 verhuisden van daar naar de Noorderkanaalweg C 8. Daar werd hun zoon geboren en woonden daar als gezin totdat zij in April 1943 naar kamp Westerbork werden gestuurd.
Op 10 April 1943 werd de familie De Rooij in kamp Westerbork geregistreerd en verbleven zij in barak 70. Op 4 Mei werden Joseph, zijn vrouw Leentje en hun zoon Mozes Henny gedeporteerd naar Sobibor, waar zij allen bij aankomst op 7 Mei 1943 direct werden vermoord.
De 'Nederlandsche Nijverheidstentoonstelling 1928 (internationaal)', afgekort Nenijto was de eerste Nijverheidstentoonstelling, sinds de wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam. Het terrein werd gratis door de gemeente Rotterdam aan de organisatie beschikbaar gesteld en was gelegen in een gedeelte van de polder Blijdorp. (bron http://appl.gemeentearchief.rotterdam.nl/Nenijto/Tekst/Frames/Frames%20inleiding/Frame%20inleiding.htm)
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Joseph de Rooij; website www.wiewaswie.nl en het archief van de Joodse Raad, kaarten van Joseph de Rooij, Leentje de Rooij-Boeki en Mozes Henny de Rooij.