Ruim twintig jaar geleden wilde de toenmalige eigenaar van een restaurant aan de Grote Markt zijn zaak verbouwen. Daartoe maakte hij een opening in de achterwand van de zaak. Tot ieders grote verbazing bleek daar echter nog een complete kamer tevoorschijn te komen. In die ruimte trof de Italiaanse restauranthouder vervolgens een heel pakket aan foto’s, brieven, documenten en dagboeken. Die bleken allen de familie Gaarkeuken te betreffen die daar kennelijk tijdensd de oorlog een schuilplaats hadden gevonden. Een heus “Achterhuis”aan de Haarlemse Grote Markt leek hiermee te zijn ontdekt, hetgeen toch een zeer bijzondere ontdekking genoemd mag worden,.
Destijds heeft de eigenaar van het restaurant goed beseft dat het hier om heel bijzondere documentatie ging. Niet goed wetende wat hij er mee aan moest, heeft hij deze dan ook keurig afgegeven bij de gemeente, die ook toen al huisde in de Brinkman Passage. Aan een gemeentelijke balie heeft hij zodoende het bijzondere pakket achtergelaten en is verder gegaan met het opbouwen van zijn – nog altijd bestaande – Italiaanse restaurant.
Onderzoek heden ten dage en navraag bij gemeente, Noord Hollands Archief en diverse andere denkbare instanties leverden tot op heden niet het gewenste resultaat; het uiterst interessante archief van deze familie Gaarkeuken is nog altijd onvindbaar, hetgeen een bijzonder verlies is voor de geschiedschrijving van Haarlem, van de Joodse gemeenschap en van het toch intrigerende gegeven van een “Achterhuis” aan de Grote Markt te Haarlem.
Uit het antwoord van de Gemeente Haarlem van 28 Januari 2014 aan de Haarlemse Aktiepartij wordt op voorhand al duidelijk dat dit archief naar alle waarschijnlijkheid niet was opgenomen in het archief van de Gemeente Haarlem. Het is namelijk zeer ongebruikelijk een particulier archief op te nemen in het gemeentelijk archief. In voorkomende gevallen worden dergelijke particuliere archieven direct doorgestuurd naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats, het Noord Hollands Archief.
Wel zijn in het bouwarchief van de gemeente tekeningen van het zogenaamde achterhuis in het pand Grote markt 31 gevonden. Die tekeningen lieten duidelijk zien dat het bestaan van deze extra kamer vóór 1990 niet bekend was. Pas bij de verbouwing in 1990 is het zogenaamde “Achterhuis” terug te vinden in de tekeningen.
Ook onderzoek bij het Noord Hollands Archief, bij bureau Documentaire Informatie Voorziening (DIV) en bij o.a. het NIOD leverde geen bruikbare sporen op. Echter een vierde lijn van onderzoek leek een bruikbaar spoor op te leveren waaruit het duidelijk werd dat het archief destijds niet bij de gemeente Haarlem maar bij het gebouw Hoofdwacht, waarin de Historische Vereniging Haerlem is gehuisvest, is afgegeven. Echter onderzoek bij de Historische Vereniging heeft tot nu toe nog niet tot resultaat geleid. Het archief van de familie Gaarkeuken is dus nog altijd spoorloos.
Delen uit correspondentie Aktiepartij en Haarlemse Gemeente uit 2013-2014 overgenomen, geschreven en geplaatst op 24 Juli 2017 door de redactie van Joods Monument op basis van toegestuurde schriftelijke documentatie van Mevr. Marian Pijpstra-van Cranenbroek uit Haarlem.