Alexander Ossendrijver, geboren op 3 October 1889 in Amsterdam als zoon van Andries Ossendrijver en Hanna de Vries, trouwde op 21 Mei 1911 met de 2-jaar oudere Simha Pesaro, een dochter van Mozes Pesaro en Hanna van Minden. Het echtpaar kreeg twee zonen, t.w. Andries in 1912 en Max in 1917. Allen zijn tijdens de Sjoa vermoord.
Na hun huwelijk woonden Alexander en Simha in de Govert Flinckstraat 267 hs waar ook hun kinderen werden geboren. Hij was opzichter bij het armenhuis maar daarnaast verdiende Alexander ook zijn brood als diamantslijper. Op 3 November 1917 vertrok het gezin Ossendrijver naar Veenhuizen in de gemeente Norg (Drenthe), waar hij als zaalopziener 2e rang heeft gewerkt in de voormalige "Kolonie van Weldadigheid", tot dat zij op 15 October 1919 terugkeerden naar Amsterdam.
Terug in Amsterdam verbleef het gezin voor enige tijd bij Mozes Pesaro op de Nieuwe Achtergracht 146 III , de schoonvader van Alexander Ossendrijver. Op 5 September 1921 betrok het gezin een woning in de Retiefstraat 104 I in Amsterdam-Oost maar in de zomer van 1926 verbleef het gezin voor enige tijd in Hotel Villa Beau Séjour aan de Prins Hendrikstraat in Oosterbeek, gemeente Renkum.
Vanaf September 1926 woonden Alexander met vrouw en kinderen weer in Amsterdam, o.a. in de Ruyschstraat 92 II maar op 27 December 1933 verhuisden zij naar de Plantage Muidergracht 77 III. In 1942 trokken zijn voor korte tijd in bij hun zoon Andries die op 20 December 1933 gehuwd was met Henriette Franco en met zijn gezin op de Nieuwe Achtergracht 103 III woonde. Een paar maanden later verhuisde Alexander met zijn familie zij naar het Meerhuizenplein 20 I in Amsterdam-Zuid, wat tevens hun laatst bekende adres in Amsterdam werd.
Hun zoon Max was bontwerker van beroep en ongehuwd. Hij woonde thuis bij zijn ouders maar werd op 20 Juli 1942 in Westerbork geregistreerd. Een week later werd Max met nog ruim 1000 anderen op 27 Juli naar Auschwitz gedeporteerd waar hij bij aankomst aldaar op 30 Juli voor “arbeid” werd geselecteerd. Niet bekend is op welke datum exact en waar Max is omgekomen. Daarom heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie na de oorlog opdracht gegeven aan de gemeente Amsterdam om een overlijdensakte voor Max Ossendrijver op te maken, waarin zijn datum en plaats van overlijden is vastgesteld als op 30 September 1942 in Auschwitz.
Alexander Ossendrijver en zijn vrouw Simha Pesaro werden op 8 Augustus 1942 naar Westerbork afgevoerd en op 14 Augustus op transport gesteld naar Auschwitz. Bij aankomst aldaar werd Simha Pesaro al direct op 16 Augustus 1942 vermoord. Alexander daarentegen werd voor “arbeid” geselecteerd en moest in- of buiten het kamp dwangarbeid verrichten. Omdat de exacte datum en plaats van overlijden van Alexander niet bekend is, heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie na de oorlog opdracht gegeven aan de gemeente Amsterdam om een overlijdensakte voor Alexander Ossendrijver op te maken, waarin zijn datum en plaats van overlijden is vastgesteld als op 30 September 1942 in Auschwitz.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Alexander Ossendrijver en Mozes Pesaro, archiefkaarten van Alexander Ossendrijver, Simha Pesaro, Max en Andries Ossendrijver en het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Alexander Ossendrijver, Simha Ossendrijver-Pesaro, Max Ossendrijver en Andries Ossendrijver