Mozes Bloemhof, geboren op 24 November 1888 in Amsterdam, was een zoon van Salomon Abraham Bloemhof en Roosje Ossendrijver. Zijn moeder overleed op 25 Augustus 1909 op 55 jarige leeftijd in Amsterdam, waarna zijn vader op 12 Januari 1911 een tweede huwelijk aanging met Anna Vleeskruijer, een dochter van Leendert Wolf Vleeskruijer en Judic Klerk.
Uit het eerste huwelijk van zijn vader kreeg Mozes drie zusters, t.w. Cato, Judith en Reintje, Uit het tweed huwelijk van zijn vader kreeg hij nóg twee zussen, t.w. Judic en Johanna. Allen werden met hun gezinnen tijdens de Sjoa vermoord.
Mozes Bloemhof trouwde op 6 Maart 1912 in Amsterdam met zijn volle nicht Sippora Wertheim, een dochter van Levie Wertheim en Henriette Bloemhof. Het echtpaar kreeg twee zonen, t.w. Salomon in 1912 en Louis in 1916. Het hele gezin is tijdens de Sjoa vermoord.
Na zijn huwelijk woonde Mozes met zijn vrouw Roosje in de Vrolikstraat 226 III in Amsterdam. Daar werden hun beide kinderen geboren. Op 27 Augustus 1929 verhuisde het gezin naar de Plantage Middenlaan 32 I, wat tevens hun laatst bekende adres in Amsterdam bleek te worden.
Hun beide zonen, Salomon en Louis woonden thuis. Salomon echter trouwde op 29 Februari 1940 met Roza Agstteribbe en verhuisde toen met zijn vrouw naar hun eigen adres in de Kribbestraat 26 I in Amsterdam Zuid. Salomon werd op 7 Mei 1943 in Sobibor vermoord. Zijn vrouw Roza heeft de Holocaust overleefd.
Hun 26-jarige zoon Louis was nog ongehuwd toen hij op 14 Juli 1942 in Westerbork werd geregistreerd. Op 21 Juli werd hij naar Auschwitz gedeporteerd, als dwangarbeider tewerkgesteld en daar om het leven gekomen. Zijn overlijdensdatum is vastgesteld als 30 September 1942 in Auschwitz.
Mozes’ vrouw Sipora Wertheim was op 26 Januari 1943 in Westerbork afgevoerd en ingesloten in de strafbarak 67, waarbij het niet duidelijk is geworden voor welk vergrijp zij zou zijn gearresteerd. Ondanks haar verblijf in de strafbarak 67, werd Sippora niet als strafgeval gedeporteerd maar als "gewone gevangene" samen met haar zoon Salomon (Sal) Bloemhof op 4 Mei 1943 op transport gesteld naar Sobibor, waar zij bij aankomst op 7 Mei 1943 onmiddellijk werden vermoord.
De persoonskaart of archiefkaart van Mozes Bloemhof uit het Amsterdams archief vermeldt dat Mozes op 11 October 1944 in het Bevolkings Register is geregistreerd als V.O.W. (Vertrokken Onbekend Waarheen), hetgeen doorgaans inhield dat de betrokkene al op een eerder moment was ondergedoken. Mogelijk door verraad of anderszins is hij gearresteerd en op 12 Juli 1944 in Westerbork binnengebracht en ingesloten in de strafbarak 67. Op 3 September 1944 werd Mozes Bloemhof met nog 1018 anderen met het laatste transport naar Auschwitz gedeporteerd en bij aankomst aldaar op 6 September 1944 onmiddellijk vermoord.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, archiefkaarten van Mozes Bloemhof en Sippora Wertheim; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Mozes Bloemhof en Sippora Bloemhof-Wertheim; de wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland, toevoegingen van een bezoeker van de website en aanvullingen van Suzette, gebruiker van de website.