Verhaal

Het geluk van een niet-joodse achternaam voor Chel Polak-de Jong (1911-2018)

Ze overleefde als enige van haar familie de Holocaust en werd 107 jaar oud. ‘Ondanks alles zei ze ‘ja’ tegen het leven’, aldus socioloog Herman Vuijsje. Peter de Waard 5 november 2018, 20:55

Door: Remco.

Chel Polak-de Jong

15-12-1911 Amsterdam

02-10-2018 Maartensdijk

De Volkskrant: het geluk van een niet-joodse achternaam voor Chel Polak-de Jong (1911-2018)

Ook als je moeder 107 jaar is geworden en je zelf 79 jaar bent, kan haar dood heel moeilijk zijn. Zeker op het moment dat je bezig bent haar huurwoning te ontruimen.

Manuela Renes-Polak moest dat doen in Maartensdijk waar haar moeder Chel Polak-de Jong op 2 oktober was overleden. Van die 107 jaar was ze bijna 75 jaar weduwe. Haar man Jaap Polak, haar ouders en enige zus kwamen net als de rest van haar familie om in het vernietigingskamp Sobibor tijdens de Holocaust.

Zij en haar enige dochtertje overleefden de oorlog. ‘Mijn moeder had het geluk dat haar achternaam niet zo joods klonk. Ze kon in 1943 net op tijd een vervalst persoonsbewijs krijgen, waardoor ze kon onderduiken. Voor mijn vader kwam dat te laat’, zegt Manuela Renes-Polak die gescheiden van haar moeder als peuter op een onderduikadres in Nieuw-Vennep zat. Chel een afkorting van Rachel werd in 1911 in de Transvaalbuurt in Amsterdam geboren als dochter van een diamantbewerkersgezin. Ze hadden het joodse geloof al afgezworen en waren tot de socialistische familie toegetreden. Haar vader was actief in de Diamantwerkersbond en lid van de SDAP. Zelf had ze de ambitie om kleuterleidster te worden. Maar Chel de Jong had haar opleiding net afgerond toen de crisis uitbrak en er geen baan te vinden was.

Manuela: ‘Ze werd noodgedwongen caissière bij de Hema. Pas in 1942 kon ze een baan als kleuterleidster krijgen. De navrante reden was dat de Duitsers besloten dat joodse kleuters alleen nog naar een speciale joodse kleuterschool mochten.’

Een jaar later moest ze onderduiken. Met haar Hollands klinkende achternaam en andere voornaam lukte het haar toch aan het werk te blijven bij een tandartsfamilie in Hilversum en later op een ander adres in Haarlem. Pas na de oorlog kon ze met haar dochter worden herenigd. ‘Gemakkelijk was dat niet. Ik was 5 jaar en mijn moeder was een onbekende vrouw voor mij. Zij had mij voor het laatst als baby gezien’, zegt haar dochter.

Maar ze was positief. Op haar overlijdenskaart stond: ‘Ze heeft het leven omarmd met altijd dat onderhuids verdriet om haar verloren dierbaren.’

Schrijver en socioloog Herman Vuijsje kwam nogal eens bij haar, omdat zijn moeder met haar bevriend was. ‘Ze heeft mij altijd geïmponeerd, omdat ze ondanks alles vrolijk was en ‘ja’ tegen het leven zei.’

Na de oorlog zou ze alsnog fulltime kleurleidster worden en uiteindelijk zelfs hoofdleidster op drie scholen. Hertrouwen zou ze niet, hoewel ze wel een heel goede vriendschapsrelatie kreeg met een man in Hollandsche Rading bij wie ze 25 jaar woonde. Ze was daarnaast actief in de socialistische beweging. Voor de oorlog was ze jarenlang lid geweest van de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de jongerenbeweging van de SDAP de voorganger van de PvdA.

De naam van haar man Jaap Polak is vereeuwigd op de zuil (monument) bij de Paasheuvel in Vierhouten, waar de AJC bijeenkwam. ‘Ze is ook altijd PvdA-lid gebleven, hoewel ze de laatste jaren wel moeite kreeg met de richting van de partij’, aldus Manuela. Daarnaast zong ze bij de Stem des volks, ze fotografeerde, las en probeerde op de hoogte te blijven van wat er in de wereld gebeurde.

Vuijsje zegt dat ze een ijzeren geheugen had. ‘Ze heeft nog opgeschreven waar iedereen op het Transvaalplein voor de oorlog exact woonde, ondanks het feit dat al die woningen later een ander nummer hadden gekregen.’

Bron: De Volkskrant

Zie ook:

Een lijst met 41 namen

Polak viert 105e verjaardag; Af en toe een zoet wijntje incl video