Sara Finsij was een dochter van Izaak Finsij en Jeudith Ancona. Zij was in Amsterdam geboren op 18 Augustus 1873 en trouwde daar op 22 Juni 1905 met de diamantslijper Abraham Aletrino, die geboren was op 5 Augustus 1868 in Amsterdam als zoon van Benjamin Aletrino en Aaltje Izak Gompertz. Het echtpaar kreeg twee kinderen, t.w. Alida Judith in 1906 en Izaak in 1907. Abraham Aletrino overleed echter op 10 Maart 1937 in Amsterdam en werd op 12 Maart 1937 begraven op de Portugeesch Israelitische Begraafplaats Beth Haim in Ouderkerk a.d. Amstel.
Nadat Sara en Abraham in 1905 in het huwelijk getreden waren, woonden zij in de Ruyschstraat 17 in Amsterdam. Vervolgens verhuisden zij in April 1910 naar de Spoorbaanstraat 1 en in Juni 1914 vertrokken Abraham, Sara en hun kinderen Alida Judith en Izaak naar Antwerpen, waar zij in de Rolwagenstraat 24 woonden. Maar al in Juli 1915 keerde het gezin terug naar Amsterdam, waar zij terecht kwamen in de Leeuwenhoekstraat 1. Op 8 October 1928 betrokken zij een woning in de Miquelstraat 28 I, van waar Alida Judith in 1930 en Izaak in 1932 hun ouderlijk huis verlieten om in het huwelijk te treden en een eigen adres in Amsterdam kregen en waar Abraham Aletrino in 1937 overleed.
Sara Finsij, bleef wonen in de Miquelstraat 28, totdat door sloop van het Weesperpoortstation, de spoorweg, haar straat én de aanleg van de Wibautstraat, zij op 21 Mei 1940 moest verhuizen. Zij koos voor Middenweg 195 hs, waar in de Tweede Wereldoorlog het tehuis voor rust- en hulpbehoevenden “Hillesum” gevestigd was, gedreven door Jacob Hillesum en Anna Hillesum-Tertaas.
Op 6 Februari 1943 werd Sara Aletrino-Finsij vanuit Amsterdam-Oost afgevoerd naar Westerbork, waar zij moest verblijven in barak 59, tot dat zij een jaar later, op 25 Februari 1944 op transport werd gesteld naar Thersienstadt. In dit transport van ± 810 gedeporteerden zaten ook 308 Portugese Joden, die in Februari 1943 vanuit Amsterdam naar Westerbork waren gekomen.
Van de bijna 5000 Joden die uit Nederland naar Theresienstadt werden gedeporteerd, stierven er daar 163. Bijna 3000 werden naar Auschwitz doorgestuurd. Slechts enkelen van hen overleefden, maar niet Sara Aletrino-Finsij. Zij werd bij aankomst vanuit Theresienstadt in Auschwitz op 7 Juli 1944 onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau vermoord.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Abraham Aletrino, archiefkaarten van Sara Finsij, Izaak Aletrino, Alida Judith Aletrino; website Aketvoth/Portugees Israelitische Begraafplaats Beth Haim; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Sara Aletrino-Finsij; website joodsamsterdam.nl/middenweg en een toevoeging van een bezoeker van de website.