Bertold Rothstein is geboren in Krotoszyn, in het huidige Polen, als zoon van Jacob Rothstein en Auguste Daniel. In 1926 trouwt hij met Bessie Levi, een jongere zuster van Albert Levi. Bessie is geboren 10-09-1901 in Frankfurt waar zij overlijdt op 27-06-1930, slechts 28 jaar oud. 2 jaar later in december 1932 komt Bertold naar Nederland en vestigt zich in Den Haag als koopman. Een paar jaar later, in oktober 1935 verhuist hij naar Amsterdam. Daar woont ook het gezin van een andere oudere broer van Bessie, Michael, met zijn hele gezin en schoonouders. In Amsterdam verhuist hij binnen 7 jaar 7 keer met als laatst bekende adres, Uiterwaardenstraat 288 II.
Op 16-april-1943 komt Bertold terecht in Kamp Vught, waar hij in een werkplaats als elektricien werkt, om vervolgens op 16-september-1943 naar Kamp Westerbork gedeporteerd te worden. Daar wordt hij de 17e ingeschreven in barak 62. Vervolgens gaat hij de 21ste op transport naar Auschwitz. Waar hij bij aankomst vermoord wordt. De laatste periode in Amsterdam was hij voor de Joodse Raad werkzaam als nachtwaker op het adres Amstel 25. Dit was het kantoor van de Joodse Raad waar de verhuis- en reisvergunningen werden geadministreerd.