Verhaal

Abraham Pronkhorst

Door: Dicky Struik

Abraham Pronkhorst, ook wel Albert of Ab genoemd, werd op 18 september 1920 geboren in Amsterdam. Hij was de zoon van Samuel Pronkhorst (1982-1942) en Catharina Pronkhorst-Elsas (1893-1943). Abraham had twee broers, een jongere broer genaamd Joseph Pronkhorst (1922-1942) en een oudere broer die het ouderlijk huis al had verlaten. Naast zijn baan als leerbewerker, produceerde Abraham ook verschillende kunstobjecten, waaronder gips-sculpturen en schilderijen. Rond de tijd dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak, was Abraham verloofd met Louise Johanna (Loes) van Groningen, een niet-Joods meisje dat in 1923 in Amsterdam werd geboren. Toen bekend werd dat Joodse mannen werden gearresteerd en naar verschillende kampen in binnen en buitenland werden gebracht, besloten Abraham en Loes te trouwen in de hoop dat Abraham thuis kon blijven. Helaas werd hun plan om te trouwen afgewezen omdat huwelijken tussen joden en niet-joden sinds 25 maart 1942 verboden waren. Kort daarna werd Abraham gearresteerd en naar kamp Amersfoort gebracht. Rond mei 1942 schreef Abraham vanuit kamp Amersfoort nog twee korte brieven aan zijn vader, moeder en verloofde Loes.

Een paar weken na het schrijven van deze brieven werd Abraham overgebracht naar het kamp Mauthausen, waar hij op 21 juni 1942 aankwam en het registratienummer 10537 kreeg. Op 7 juli 1942 werd Abraham op 21-jarige leeftijd vermoord. Volgens een officiële verklaring werd Abraham neergeschoten terwijl hij op de vlucht was.