Marianne Barend, roepnaam Marie, was het tiende kind van de twaalf van Gerrit Polak en Heintje Visser. Zij was geboren op 6 Januari 1911 in Amsterdam en zij werkte voor haar huwelijk als inpakster in een sigaren fabriek. Op 10 Februari 1936 trouwde zij in Amsterdam met de koopman Marcus van Spier, roepnaam Max, die in Culemborg was geboren op 6 Mei 1910 als zoon van Jacob van Spier en Sophia Belia van Spier.
Marianne was heel close met haar oudere zuster Lena. En toen Marianne en Marcus na hun trouwdag in Februari 1936 vertrokken naar de Kamerlingh Onnesweg 64 in Hilversum, volgde Lena een aantal maanden later eveneens naar Hilversum en bleef bij hen wonen totdat zij op 7 Juli 1938 weer terugkeerde naar Amsterdam
Het echtpaar Max en Marie Van Spier-Barend kreeg één dochter, die op 28 Maart 1942 in Hilversum werd geboren, genaamd Sophia Belia van Spier. Zij was vernoemd naar haar oma van vaders’ kant, Sophia Belia van Spier-van Spier en was geboren in Culemborg in 1875 en overleden in Hilversum in 1928.
Op 22 April 1943 werd het gezin Van Spier vanuit Hilversum afgevoerd naar het concentratiekamp Vught. Van daar werd Marcus van Spier op 29 Mei 1943 te werk gesteld in het Buitencommando Moerdijk en op 11 September werd hij vanuit Vught doorgestuurd naar Westerbork, waar hij moest verblijven in barak 62. Enkele dagen later, op 14 September 1943 werd Marcus op transport gesteld naar Auschwitz. Dat transport omvatte 1005 gedeporteerden die bij aankomst op 17 September 1943, waaronder Marcus van Spier, onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werden vermoord.
Marcus’ echtgenote en dochtertje, Marianne van Spier-Barend en Sophia Belia waren eveneens op 22 April 1943 in Vught terecht gekomen waar Marianne werd aangesteld als kinderverpleegster. Maar al op 6 en 7 Juni 1943 werden alle kinderen met het z.g. kindertransport vanuit Vught via Westerbork gedeporteerd naar Sobibor en bij aankomst daar met hun begeleiders vermoord.
Ook de 1-jarige Sophia Belia van Spier kwam op 7 Juni 1943 van Vught met dat grote kindertransport in Westerbork aan, samen met haar moeder maar zijn de volgende dag NIET doorgestuurd naar Sobibor. Om niet bekende redenen zijn zij van de transportlijst gehaald en de volgende dag 8 Juni achtergebleven in Westerbork. Zij hebben zich nog ruim een maand in Westerbork bevonden, totdat zij op 20 Juli 1943 alsnóg op transport gesteld werden naar Sobibor, waar de 1-jarige Sophia Belia van Spier en haar 32-jarige moeder Marianne Barend bij aankomst op 23 Juli 1943 direct in de gaskamers werden vermoord.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Gerrit Barend; website ITS Arolson/kampkaarten Vught van Marcus van Spier en Marianne van Spier-Barend; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Marcus van Spier, Marianne van Spier-Barend en Sophia Belia van Spier (1942); website traces of war/buitenkamp moerdijk; overlijdensaktes, opgemaakte in Hilversum voor Marcus van Spier, nr. 750 van 5 October 1951 en voor Marianne van Spier-Barend, nr. 583 van 23 Juni 1950 en voor Sophia Belia van Spier, nr. 584 van 23 Juni 1950; wikipedia website jodentransporten vanuit Nederland.nl en informatie van overlevende nabestaanden van de familie.