Helena Roza van Geldere was een dochter van Barend van Geldere en Sara Schielaar. Zij was geboren op 8 Mei 1902 in Rotterdam. Helena was de jongste van de drie kinderen die in het gezin geboren werden: de oudste, Sophia Roelofina overleed echter al op 3-jarige leeftijd op 25 April 1901. Haar zus Elizabeth, die in 1900 werd geboren, trouwde met Jacob Meijers maar beiden werden op 15 December 1942 in Auschwitz vermoord.
Helena‘s vader was al in 1931 overleden maar haar moeder Sara Schielaar, die na de dood van haar man verhuisde naar de Cornelis van der Lijnstraat 6 in Den Haag, werd in 1942 tijdens de Sjoa in Auschwitz vermoord. Haar schoonouders waren al in de jaren 1930 in Den Haag overleden.
Tijdens de verhuizing van haar ouders op 22 Mei 1925 van Rotterdam naar Den Haag, kwam Helena Roza als ook haar zus mee; zij kwamen toen te wonen in de Molenstraat 12-14, een smalle winkelstraat, gelegen in de oude binnenstad, waar vader Barend van Geldere een meubelwinkel had.
Drie jaar later, Op 28 Augustus 1928, trouwde Helena Roza met Mozes David (Maurits) van der Stam en zij bleven in Den Haag wonen. Mozes David van der Stam was een zoon van Meijer van der Stam en Jetje Polak. Helena en Mozes David kregen samen twee kinderen, t.w. Max in 1930 en Bernard in 1935.
Tijdens de verplichte registratie van alle Joden in Nederland, werden Mozes David van der Stam en zijn gezin in Den Haag in April 1942 geregistreerd in de De Mourcheronstraat 47, een zijstraat van de Bezuidenhoutseweg en gelegen tegenover het Haagse Bos. Aantekeningen op hun registratiekaarten van de Joodse Raad leken er op, dat de familie op 16 Augustus 1942 al een z.g. “Zurückstellung” had – een uitstel van deportatie, mogelijk omdat Mozes David van der Stam als “vleeschhouwer en groothandelaar in vlees” namens de Joodse Raad werkzaam was in de levensmiddelenvoorziening.
Toch werden alle gezinsleden begin October 1942 opgepakt in Den Haag en afgevoerd naar Westerbork, waar zij tussen 3 en 5 October werden binnengebracht. In die periode waren er grootschalige razzia’s georganiseerd door de Duitse bezetters en tevens werden de Joodse werkkampen door de Duitsers geliquideerd, wat een grote toevloed van te deporteren mensen teweeg bracht alsmede chaotische toestanden in Kamp Westerbork veroorzaakte.
Op 7 October was er een aantekening op de registratiekaart van Mozes van der Stam geplaatst, waaruit zou blijken dat “de vrouw een Sperrung heeft voor het hele gezin”. Dat moest worden nagegaan en op 19 October vermeldt een andere notitie dat e.e.a. in behandeling is. Het heeft toch allemaal tot niets geleid en op 2 November 1942 werden alle gezinsleden Van der Stam gedeporteerd naar Auschwitz.
Het transport van 2 November 1942 was een z.g. Kozel transport, waarbij de deportatietrein ±80 km westelijk van Auschwitz in Kozel een stop maakte en waar 260 jongens en mannen tussen 15 en 50 jaar werden gedwongen om de trein te verlaten. Zij werden in de omliggende werkkampen van Opper Silezië als dwangarbeiders tewerkgesteld. Maar zij die in de trein achterbleven werden verder naar Auschwitz vervoerd om te worden vermoord en bij aankomst aldaar op 5 November 1942 werden Helena Roza van der Stam-van Geldere en haar beide zonen Max en Bernard van der Stam onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau vergast.
Mozes David van der Stam maakte zeer waarschijnlijk deel uit van die groep van 260 mannen die in Kozel de trein moesten verlaten; hij was toen 39 jaar oud en is uiteindelijk terechtgekomen in het Aussenkommando Gleiwitz, waar hij door ontbering, ziektes en/of mishandeling om het leven is gekomen. De exacte datum van zijn overlijden is echter niet bekend en na de oorlog heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie opdracht gegeven aan de Gemeente Den Haag om voor Mozes David van de Stam een overlijdensakte op te maken, waarin is vastgesteld dat hij in Gleiwitz in Duitsland op 28 Februari 1943 is overleden.
Bronnen o.a. Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Barend van Geldere; Gemeente Archief Den Haag, gezinskaart Meijer van der Stam; Burgerlijke Stand Den Haag/huwelijk Van der Stam-Van Geldere; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Mozes David van der Stam, Helena Roza van der Stam-van Geldere en Max en Bernard van der Stam; overlijdensakte C495 opgemaakt in Den Haag op 29 Mei 1952 voor Mozes David van der Stam en de wikipedia website jodentransporten vanuit Nederland.nl.