Levie Velleman werd in Sloten geboren op 19 Mei 1867 als een zoon van Nathan Velleman en Roosje Bak. Hij trouwde op 25 November 1896 in Amsterdam met Rebecca Italiaander, die geboren werd op 23 Juni 1867 als dochter van Simon Italiaander en Betje Isaac Luza.
Het echtpaar Velleman-Italiaander kreeg zes kinderen, t.w. Roosje, Betje, Henriette, Simon, Grietje en Nathan. Tijdens de Sjoa werden Roosje, Betje en Henriette met hun families in Sobibor vermoord; Simon en Nathan stierven in Amsterdam al als kind, respectievelijk 6 jaar en 1 jaar oud en Grietje overleed op 19 jarige leeftijd en is begraven op de Joodse Begraafplaats in Diemen.
Levie Velleman ventte met groente maar handelde ook in oude kleren. In November 1925 verhuisde Levie met zijn gezin naar de Haarlemmermeer, waar hij woonde op de Nieuwe Meerdijk 41. Roosje had inmiddels in 1917 het ouderlijk huis al verlaten toen zij met Maurits Cohen trouwde. Betje trouwde pas in 1936 met Benjamin van Geldere, verhuisde met haar ouders mee naar de Haarlemmermeer en keerde in 1936 pas terug naar de stad. Henriette verhuisde ook mee, trouwde echter al in 1929 met Simon Bierman en kwam daarna weer terug naar Amsterdam.
Een ongetrouwde broer van Rebecca, Salomon Italiaander, een los werkman, sjouwerman en venter, die geboren was op 7 Februari 1871, kwam inwonen bij Levie Velleman en zijn gezin toen zij verhuisden naar de Haarlemmermeer. En toen Levie en Rebecca teruggingen naar Amsterdam, verhuisde Salomon Italiaander met hen mee.
Levie en zijn vrouw Rebecca alsmede Levie’s zwager Salomon Italiaander kwamen in October 1931 vanuit de Haarlemmermeer weer in Amsterdam waar zij woonden in de Christiaan de Wetstraat 24 hs en in September 1934 verhuisden zij opnieuw, nu naar de President Brandstraat 11 hs, wat tevens hun laatst bekende adres in Nederland zou blijken te zijn.
Op 8 November 1942 werden Levie Velleman, zijn vrouw Rebecca Italiaander en zwager Salomon Italiaander in Westerbork geregistreerd en op 10 November van daar op transport gesteld naar Auschwitz. Het transport bevatte totaal 758 gedeporteerden waarvan bij een tussenstop in Kozel, 180 mannen tussen 15 en 50 jaar voor dwangarbeid in de kampen van Opper Silezië, de trein moesten verlaten.
Gezien hun leeftijd, die al ver boven de 50 jaar lag, werden Levie, Rebecca en haar broer Salomon verder naar Auschwitz vervoerd waar zij bij aankomst op 13 November 1942 in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werden vermoord.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Levie Velleman (1867) en Salomon Italiaander (1871), overgenomen delen en bevolkingsregister Simon Italiaander (1831), archiefkaarten Levie Velleman, Rebecca Italiaander en Salomon Italiaander; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Levie Velleman, Rebecca Italiaander en Salomon Italiaander en de wikipedia website jodentransporten vanuit Nederland.