Biografie

Het lot van Meijer van Esso, zijn vrouw Marie van Zuiden en hun zoon Leo van Esso.

Marie van Zuiden was een dochter van Abraham van Zuiden en Sara van Huiden. Zij was de oudste van hun twee dochters en was geboren op 22 Juni 1903 in Meppel. Haar vader was koopman in manufacturen en zij woonden in de 2e Hoofdstraat in Meppel (thans Hoofdstraat). In 1909 kreeg Marie nog een zuster, Regina Alida.

Op 6 Juli 1925 trouwde Marie in Meppel met de 31 jarige Meijer van Esso, een zoon van Levie Meijer van Esso en Sariena Kan. Het echtpaar Van Esso-Kan kreeg twee zonen, t.w. Meijer in 1893 en Mourits (Maurits) in 1895, die in 1928 in Groningen is overleden.

Van de ouders van Meijer en Mourits van Esso overleed vader Levie Meijer van Esso op 27 April 1931 in Meppel; daarentegen werd moeder, Sariena Kan op 21 Mei 1943 in Sobibor vermoord, bijna 81 jaar oud. Van de ouders van Marie en Regina Alida van Zuiden was vader Abraham van Zuiden al in 1927 overleden in Apeldoorn, maar ook hun moeder Sara van Huiden werd op 68-jarige leeftijd op 15 September 1943 in Auschwitz vermoord.

Marie van Zuiden kreeg met Meijer van Esso drie kinderen, t.w. Leo, Ada en Maurits. Leo was op 19 Mei 1926 in Meppel geboren maar werd tijdens de Sjoa vermoord, net als zijn ouders. Ada werd op 3 Januari 1928 in Meppel geboren maar overleefde de Holocaust; zij bleek via Zweden te zijn teruggekeerd naar Nederland en ook het derde kind, Maurits, die op 6 Juli 1929 in Meppel geboren was, overleefde de Holocaust maar overleed op 4 Mei 1951 in Zeist.

Het gezin van Esso woonde in Meppel waar Meijer als koopman in goud- en zilver zijn brood verdiende. Tot 1939 woonde het gezin in de Parklaan 5 in Meppel maar verhuisde op 15 Juli 1939 naar Amsterdam waar zij een woning betrokken in de Jan Willem Brouwersstraat 9 huis, gelegen net achter het Concertgebouw.

Als diamantair kreeg Meijer van Esso op 29 Juli 1942 een “Sperre” van de Joodse Raad wegens “diamant”, Daarmee was ook zijn hele gezin voorlopig vrijgesteld van deportatie. Hij kreeg een baan bij de Joodse Raad als wijkverzorger van de armlastigen op het Gemeentelijk Bureau Sociale Zaken, gelegen aan de Houtmarkt 10 – voor de oorlog Jonas Daniël Meijerplein geheten.

Wegens de voorlopige vrijstelling van deportatie, kreeg ook hun zoon Leo een baantje via de Joodse Raad; hij werd vanaf 2 Augustus 1942 keukenknecht bij het N.I.Z., het Nederlands Israelitisch Ziekenhuis op de Nieuwe Keizersgracht 110, waar hij via de JVvVV, de Joodse Vereniging voor Verpleging en Verzorging werd “gedetacheerd”. Vóór de oorlog was Leo werkzaam als kantoorbediende.

Ergens tussen 1941 en April 1943 zijn Meijer van Esso, zijn vrouw Marie van Zuiden hun kinderen Ada en Leo in Berlijn terecht gekomen. De juiste datum bleek niet na te gaan. Enerzijds blijkt uit gegevens van NSDOK (Nationaal Sozialistisch Dokumentationszentrum) uit Keulen, dat hun “Letzter frei gewälter Wohnort: Berlin” geweest is. Ook andere bronnen geven aan dat zij in het voorjaar 1943 in elk geval in Berlijn waren, maar ook een adres bleek niet na te gaan.

Op 19 April 1943 zijn de vier leden van het gezin Van Esso, t.w. Meijer, zijn vrouw Marie, zoon Leo en dochter Ada vanuit het Gestapo verzamelkamp van de voormalige jongensschool in de Grosse Hamburgerstrasse in Berlijn met het 37e “Osttransport” naar Auschwitz afgevoerd.

Ada van Esso heeft de Holocaust overleefd. In October 1940 verbleef zij in het gezin van Johannes Visscher die op de Hoofdweg 352 I woonde. Ook Ada werd via het verzamelkamp Grosse Hamburgerstrasse in Berlijn op 19 April 1943 naar Auschwitz afgevoerd, maar aantekeningen op haar registratiekaart van de Joodse Raad van na de oorlog geven aan dat zij volgens “een lijst Zweden” weer terug in Nederland was aangekomen.

Op 22 September 1948 is bij beschikking van de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam vastgesteld, dat Meijer van Esso, zijn vrouw Marie van Esso-van Zuiden en hun zoon Leo van Esso op 15 September 1943 in Auschwitz zijn overleden. De gemeente Amsterdam heeft vervolgens op 22 October 1948 de aktes van overlijden opgemaakt die zijn ingeschreven in het overlijdensregister 1948 van de Burgerlijke Stand van Amsterdam, register 8, folio 89v en 90, akte nrs 531-532 en 533.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, archiefkaarten van Meijer van Esso, Marie van Zuiden en Leo van Esso; website het geheugen van Drenthe.nl/2e Hoofdstraat Meppel; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Meijer van Esso, Marie van Esso-van Zuiden, Leo van Esso, Ada van Esso; website mooi Zeist.nl/Utrechtseweg 69

Alle rechten voorbehouden