David de Zwarte was een zoon van Simon de Zwarte en Mietje Polak. Hij was geboren in Amsterdam op 1 Juli 1907 en was net als zijn vader, lompensorteerder. Zijn vader was werkzaam bij de fa. P. Bonda in Koog a.d. Zaan en David bij de fa. Ca. de Raaij.
De ouders van David woonden op een 9-tal adressen in Amsterdam, voordat zij op 20 Mei 1931 in de Cilliersstraat 8 terechtkwamen en op 29 October 1936 naar de Retiefstraat 26 verhuisden. Ook David woonde op diezelfde adressen.
Echter op 3 Juli 1935 trouwde hij in Amsterdam met Lena van Kreeveld, een natuurlijke dochter van Hendrica van Kreeveld. Lena was 3 maanden na haar geboorte al met haar moeder en broertje Joseph van Amsterdam naar Antwerpen verhuisd en kwam pas terug naar Amsterdam in 1931. Ook Lena woonde toen op verschillende adressen in de stad, o.a. bij familie op de Nieuwe Heerengracht en op de Nieuwe Keizersgracht. Lena was werkzaam als naaister.
Het huwelijk van Lena en David strandde echter al na enkele maanden; op 7 November 1935 werd het huwelijk bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam ontbonden en op 14 Februari 1936 ingeschreven in de registers van de Burgerlijke Stand van Amsterdam.
Pas op 19 Augustus 1942 trouwde David de Zwarte opnieuw, nu met de leerbewerkster Hanna van Gelder, die op 29 Juli 1916 in Amsterdam geboren was als dochter van Gerrit van Gelder en Sippora Querido. Hanna woonde voor haar huwelijk in de Pretoriusstraat maar trok daarna in bij haar man in de Cilliersstraat en Retiefstraat.
Zowel David de Zwarte als zijn vrouw Hanna van Gelder werden op 12 Juli 1942 voorlopig vrijgesteld van deportatie. Een officiële Sperre van de Joodsche Raad hadden ze niet maar wel voorlopig uitstel, omdat zij werden beschouwd als z.g. Rüstungsjuden. Die groep bestond uit joden die door de Duitsers onmisbaar werden geacht voor de oorlogsindustrie. Het waren arbeiders in de bont- en confectie-industrie, de lompen-, oud-metaal of oud-papier sorteerderijen. (bron: publicatie “vermoedelijk op transport” door Raymund Schütz, blz. 41).
Vermoedelijk hebben David en Hanna verdere pogingen ondernomen om aan deportatie te ontkomen, mogelijk door onderduik, wat in Juni 1943 kennelijk is mislukt. Na arrestatie werden zij op 15 Juni 1943 afgevoerd naar Westerbork, waar beiden in de strafbarak 67 terechtkwamen. Op 6 Juli werden zij als “strafgevallen” op transport gesteld naar Sobibor. Het transport omvatte meer dan 2400 slachtoffers, die allen zij bij aankomst op 9 Juli 1943 direct in de gaskamers werden vermoord.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Simon de Zwarte en David de Zwarte; archiefkaarten van David de Zwarte, Simon de Zwarte en Hanna van Gelder; het archief van het Rode Kruis/Hopla transportlijst van 15 Juni 1943 Amsterdam->Westerbnork/David de Zwarte en Hanna de Zwarte-van Gelder; het archief van de Joodsche Raad, registratiekaarten van David de Zwarte en Hanna de Zwarte van Gelder en de Wikipedia lijst van Jodentransporten vanuit Nederland.nl/6 Juli 1943.