Volgens de kaart van de Joodse Raad werd Marcus op 5 oktober 1942 op transport gesteld. Hij werd toen op transport gesteld met zijn gezin, die bij aankomst voor de gaskamers werden geselecteerd.
Misschien behoorde Marcus tot 1 van de 550 personen die al in Cosel/Kosel het transport moesten verlaten.
"Transport (1942). Tenzij in individuele gevallen anders blijkt en met inachtneming overigens van de gestelde algemene conclusies, moeten de in Cosel uitgestapte mannen worden geacht te zijn overleden: Transport 5 Oct. na 8 Oct. 1942, doch uiterlijk 31 Aug. 1943 in één der arbeidskampen in Opper-Silezië (Polen)."
Bron: Het Nederlandsche Roode Kruis, Auschwitz, deel III, de deportatietransporten in de zg. Cosel-periode (28 augustus tot en met 12 december 1942).