Eliazer Pampel
Amsterdam 12.04.1915 - Mauthausen 12.07.1941
Danie Theronstraat 2-I
bakkersknecht
Eliazer (roepnaam Elias) en zijn broer Leon (roepnaam Leo) Pampel waren zoons van Hartog Pampel en Betje Aandagt. De broers scheelden anderhalf jaar. Ze hadden nog drie broers en twee zussen. Een jonger zusje, Eva, overleed toen ze vijftien maanden was. Moeder Betje droeg de dagelijkse zorg voor het gezin. Vader Hartog was blind en verbleef jarenlang in een blindeninstituut, waar hij zijn geld verdiende als mandenmaker. Mogelijk zat hij daar alleen op werkdagen, zondags stond hij namelijk met ‘oude rommel’ op de Uilenburgermarkt om wat geld bij te verdienen.
De jongens groeiden deels op in de oude Jodenbuurt en deels in Amsterdam-Oost. Na vijf jaar lagere school werd Elias bakkersknecht bij een bakkerij op het Markenplein ‒ hij bezorgde het brood ook bij de klanten thuis. Zijn broer Leo werd na de lagere school 'fietsknecht' bij een handel in delicatessen. Beide jongens hoefden niet in het leger, ze waren vrijgesteld vanwege broederdienst. Oudere broer Israel, de enige van het gezin die zich via avondscholing wist op te werken, was toegelaten tot de opleiding onderofficier.
Leo trouwde op 23 december 1936 met Rebecca Kool, dochter van een ‘los werkman’ uit Oost. De dag na hun huwelijk schreef het jonge stel zich in op het adres Nieuwe Achtergracht 75-III.
Leo en Rebecca kregen geen kinderen.
Op zaterdag 22 februari 1941, de dag van de eerste razzia, bevond Leo zich tijdens de Duitse overval in het Tip Top Theater. Met veel geweld werden de mannen naar buiten opgejaagd, tegen de muur van het theater gezet en daarna naar het
Jonas Daniël Meijerplein opgejaagd. Of Elias ook in het theater aanwezig was, is niet bekend. In ieder geval werd ook hij opgepakt, misschien wel de volgende dag toen hij zijn vader hielp met de verkoop op de zondagsmarkt op Uilenburg. Samen met honderden andere Joodse jonge mannen kwamen de broers Pampel via kamp Schoorl in Buchenwald terecht. Op 3 mei 1941 kwam Leo in dat kamp om het leven. Hij was 27 jaar oud. Na enig weken werden zijn bezittingen naar zijn huisadres teruggestuurd. Elias werd op 22 mei samen met 690 andere gevangenen onder wie 340 Nederlandse-Joodse mannen die het wrede regime van Buchenwald hadden overleefd, naar Mauthausen gedeporteerd. De omstandigheden in dat kamp van de derde categorie – wat betekende dat geen van de gevangenen dat kamp levend mocht verlaten – waren nog mensonterender. De 26-jarige Elias werd daar op 12 juli 1941 'auf der Flucht erschossen'. In een ander kampregister staat als doodsoorzaak vermeldt ‘verkeersongeval (auto-motorrijwiel)’.
De echtgenote van Leo, Rebecca, verloor tijdens de razziaʼs van februari naast haar man ook haar halfbroer Benjamin Kool. Hij kwam op 16 juli 1941 in Mauthausen om het leven. Rebecca kwam samen met haar stiefmoeder Rachel Lijmer in Westerbork terecht. Beiden overleden in Sobibor, Rachel op 28 mei 1943 en Rebecca een week later, op 4 juni. Ook de zwager van oudste broer Israel, Jacob Agsteribbe, was bij de razzia opgepakt. Hij werd in de gaskamer van Slot Hartheim vermoord. Van het gezin Pampel overleefden drie broers de oorlog. De ouders, Hartog en Betje, en zus Schoontje en haar man en zoontje werden allen in 1943 in vernietigingskampen van de naziʼs vermoord.
Militieregister, Stadsarchief Amsterdam Naoorlogse registratiekaart van het Rode Kruis waarop onderzoekers aantekeningen maakten over de (twee!) verschillende doodsoorzaken van Eliazer Pampel: een verkeersongeval en 'auf der Flucht erschossen'. De laatste doodsoorzaak is juist. Elias naam staat op 12 juli 1941 genoteerd op de lijst met Unnatürliche Todesfälle.
Collectie Rode Kruis