Verhaal

Het verhaal van Hans May

Struikelstenen van Hans May en Hermine Elsas-Gluck

Hans May is op 24 januari 1892 te Stargard geboren. Stargard lag toen nog in Duitsland, maar ligt tegenwoordig in Polen. Hans is op 9 september 1920 getrouwd met Gretel Elsas.

In 1921 krijgen Hans en Gretel een zoon, Heinz Wolfgang.

Hans May, zijn vrouw Gretel Elsas en de moeder van Gretel, Hermine Elsas-Gluck, ontvluchten Duitsland en komen vanaf 1 september 1938 aan de Laan van Nieuw Oosteinde 268 te Voorburg bij Den Haag te wonen. Hans May is directeur van Supinator, een fabriek van orthopedische artikelen, gevestigd aan de Regentesselaan 177/185 te Den Haag.

Na september 1940 mogen Joden met een niet-Nederlandse nationaliteit, zoals de vele vluchtelingen uit Duitsland en Oostenrijk, maar ook die uit Rusland en Polen, niet langer in kustplaatsen zoals Den Haag wonen. De meesten vertrekken naar een andere woonplaats in Nederland. Zo ook de familie May-Elsas; zij verhuizen naar Oisterwijk, waar zij aan de George Perklaan 7 gaan wonen. In deze villa wonen meerdere personen, waaronder vanaf juli 1941 Sieg Kanstein en Elly Kanstein-Wolff. De burgemeester betitelt in een brief aan de Commissaris der Provincie het huis aan de George Perklaan 7 als een Jodenpension.

Heinz Wolfgang May is 6 november 1921 te Frankfurt am Main geboren en is voor zover bekend het enige kind van Hans en Gretel. Terwijl zijn ouders nog in Duitsland wonen, woont Heinz Wolfgang al vanaf 5 augustus 1935 in Tilburg. Hij gaat later weer bij zijn ouders in Voorburg wonen. Vanaf 14 september 1940 woont hij in Oisterwijk; eerst op de Baerdijk en later weer bij zijn ouders aan de George Perklaan. Op 4 februari 1941 verhuist hij weer naar Tilburg naar het adres Ridderstraat 16. Na de oorlog wordt Heinz Wolfgang doodverklaard. Volgens de site van Yad Vashem is niet bekend waar en wanneer hij overleden is.

Medio juli 1942 starten de Duitsers met het massaal deporteren van Joden via Kamp Westerbork naar kampen in het oosten van Europa. Hans en Gretel ontvangen op 27 augustus 1942 van de veldwachter een deportatieoproep. Samen met zeven andere Duitse Joden en een Nederlandse Jood moeten zij zich de volgende dag melden. Een drietal Joden blijkt de volgende dag geen gehoor te hebben gegeven aan deze oproep. Hans en Gretel echter wel. Zij worden naar een centrale verzamelplaats in Den Bosch gebracht. Van daaruit vertrekken ze met een groep van 275 Joden naar Westerbork. Daar verblijven zij ruim twee jaar.

 Terwijl kamp Westerbork een soort verzamelplaats is voor Joden die gedeporteerd moeten worden naar de vernietigingskampen in het oosten, heeft het een ziekenhuis met 1.725 bedden, 120 artsen en wel duizend personeelsleden, voor tussen de tien- en vijftienduizend kampbewoners. Artsen en overig gezondheidszorgpersoneel maken deel uit van de geïnterneerde Joden. Zo ook het echtpaar May-Elsas. Waarschijnlijk omdat ze een paramedisch beroep hebben, worden ze niet meteen gedeporteerd naar het oosten, maar in het kampziekenhuis tewerkgesteld. Dit verklaart mogelijk hun relatief lange verblijf in Westerbork.

Het formulier voor het beschrijven van de inventaris van de woning, dat na de arrestatie is ingevuld, vermeldt in het geval van Hans en Gretel dat zij, omdat zij inwonend waren, alleen ‘Leibgut’ en toiletartikelen bezaten.

Op 4 september 1944 worden zij uiteindelijk samen met ruim 2.000 medegedetineerden met het laatste en grootste transport vanuit Westerbork naar Theresienstadt gebracht, waar zij 6 september arriveren. Theresienstadt is een in een concentratiekamp en getto veranderde vesting in Tsjechië. Het is vooral een doorgangskamp voor Joden naar vernietigingskampen als Auschwitz.

Volgens opgave van Gretel May-Elsas verblijft zij tot 28/29 september 1944 samen met haar man in kamp Theresienstadt. Op 29 september 1944 wordt Hans May op transport gesteld naar Auschwitz. Kort na aankomst wordt hij daar op 2 oktober 1944 om het leven gebracht. Hij is dan 52 jaar oud.

Gretel May-Elsas overleeft de kampen en doet na de oorlog vele pogingen om het lot van Hans May, Heinz Wolfgang May en Hermine Elsas-Gluck te achterhalen. Haar correspondentieadres is steeds Regentesselaan 177, het adres waar ook de Supinatorfabriek is gevestigd.

Gretel krijgt op 4 november 1949 bij wet het Nederlanderschap. In het Staatsblad wordt daarbij vermeld dat Gretel de weduwe is van Hans May, dat ze in ’s-Gravenhage woont en dat ze directrice is van een fabriek voor orthopedische artikelen. Gretel May-Elsas overlijdt op 1 juni 1982 te Leiden. In de rouwadvertentie staat vermeld dat zij weduwe is van Hans May. Over haar zoon Heinz Wolfgang wordt niets vermeld.

Bron: Peter Slingerland. Struikelstenen in Oisterwijk. Het verleden herdenken met het oog op de toekomst. Oisterwijk: Stichting Het Kwartier van Oisterwijk, 2022.