Verhaal

Over de familie Grünebaum in Westbroek/Achttienhoven

onderzoeksresultaten bij het leggen van struikelstenen door de Stichting Struikelstenen De Bilt

Simon Grünebaum was slager in Frankfurt. Hij is met zijn vrouw Elise Grünebaum-Raphael uitgeweken naar Nederland en zij werden op 28 februari 1938 eerst ingeschreven op het adres Kerkdijk 87c in Westbroek en kort daarna op 13 mei 1938, op Kerkdijk 46 Achttienhoven. Het is niet duidelijk hoe zij in Westbroek/Achttienhoven terecht zijn gekomen, mogelijk door handelscontacten. Zij waren toen 58 en 56 jaar oud, ik heb niet kunnen achterhalen dat zij kinderen hadden.

In 1939 komen hun oom en tante bij hen wonen: Ida Rothschild-Grünebaum werd geboren op 6 oktober 1859 in het plaatsje Hofstetten. In 1883 trouwde zij met Kallmann Rothschild en zij kregen 4 kinderen waarvan één kind kort na de geboorte overleed. Zij woonden in Schaafheim. ( Hofstetten en Schaafheim liggen veertig kilometer uit elkaar in de driehoek tussen Frankfurt, Mannhein, Würzburg). In 1938 waren zij op 9 november slachtoffer in de Kristallnacht, 81 en 79 jaar oud . Hun veren kussen en matras werd opengesneden en op straat uitgestrooid, de nodige papieren bezittingen werden gestolen, huisraad vernield en zij werden ingesloten en bedreigd. Zij hebben hierna besloten uit te wijken naar Nederland en zich te voegen bij hun neef Simon en zijn vrouw in Achttienhoven. Simon was een zoon van haar broer Jacob. Zij worden op 19 april 1939 op Kerkdijk 46 ingeschreven. Kallman Rothschild overlijdt op 23 februari 1941 in Achttienhoven. 

Op 18 augustus 1942 worden de Joodse inwoners van Kerkdijk 46 met een autobus gedwongen verhuisd naar Amsterdam hetgeen nogal eufemistisch “geëvacueerd” werd genoemd. Dat waren Simon Grünebaum, Elise Grünebaum-Raphael, Ida Rothschild-Grünebaum, Georg Koh, Jenny Koh-Wollstein en Kresel Sack.

Simon en Elise Grünebaum-Raphaël worden gehuisvest in Nieuwe Achtergracht 65 en Simon is enige tijd werkzaam voor de Joodse Raad in de levensmiddelenbereiding. Op 10 mei 1943 komen zij beiden aan in Westerbork en op 14 september 1943 zijn zij op transport gezet naar Theresienstadt en van daaruit worden zij op 9 oktober 1944 naar Auschwitz gebracht. Daar worden zij direct na aankomst vermoord in de gaskamer, 64 en 63 jaar oud.

De weduwe Ida Rothschild-Grünebaum komt in Amsterdam te wonen op Kloveniersburgwal 17. Kloveniersburgwal 17 was een “Joods Gesticht”, een particulier tehuis dat was opgezet door de kantoorbediende J.J. da Costa Senior (1893- 1972) samen met zijn zus Anna ( 1894-1973). Begin 1942 waren daar bijna 40 hoogbejaarde personen ondergebracht, voor het merendeel vrouwen.  Een jaar later was meer dan de helft “vertrokken” of waren in het tehuis overleden. Op 4 maart 1943 komt Ida Rothschild-Grünebaum aan in Westerbork en op 10 maart 1943 wordt zij op transport gezet naar Sobibor alwaar zij direct na aankomst op 13 maart 1943 wordt vermoord, 83 jaar oud.