Biografie

Over David Meljado en zijn tweede vrouw Judic Haamerslag.

(eerder gescheiden van Johanna Hendrina van Bentum)

David Meljado was een zoon van Daniël Haim Meljado en Sara Polak. Hij was geboren in Amsterdam op 7 October 1892 en hij was koopman van beroep. In zijn jonge jaren was David werkzaam als diamantslijper. Hij vertoefde in die jaren – ook nadat hij gehuwd was met zijn eerste vrouw – regelmatig in Antwerpen, waar hij werkzaam was in de diamantindustrie maar ook als koopman. Hij bleek overigens géén lid geweest te zijn van de ANDB, de Algemene Nederlandse Diamantbewerkers Bond.

Zijn eerste echtgenote was Johanna Hendrina van Bentum, die op 30 April 1896 in Amsterdam geboren was als dochter van Lijkle Jacobus van Bentum en Hendrina de Rooij, met wie David op 31 Mei 1916 in Amsterdam gehuwd was maar van wij hij op 1 Mei 1919 is gescheiden. Het echtpaar Meljado-van Bentum had geen kinderen.

Kort daarna, al op 3 Juli 1919 hertrouwde David met Judic Haamerslag, een dochter van Juda Haamerslag en Leentje Nikkelsberg, die op 16 October 1896 in Amsterdam was geboren en al snel vertrok David met zijn nieuwe bruid weer naar Antwerpen. Tussen 1919 en 1940 woonden zij op een aantal verschillende adressen in Antwerpen en in Borgerhout. Tussendoor reisde het echtpaar nog naar Bombay in India, naar Nieuw Zeeland en toen zij op 17 April 1940 weer in Amsterdam terugkwamen, kwamen zij uit Shanghai in China.

In Amsterdam woonden zij in; op 17 April 1940 op het Amstelveld  3 II bij de Weduwe Boas; op 21 Mei 1940 in de Blasiusstraat 17 I waar ook familie woonde; vervolgens woonden zij vanaf 10 Juli 1940 in bij de Weduwe Bakker in de Weesperstraat 35 I en per 23 Augustus verhuisden zij naar huisnummer 44 II, geen inwoning meer, wat echter óók hun laatst bekende adres in de Weesperstraat zou blijken te zijn.

Van David Meljado is géén registratiekaart in de Joodse Raad cartotheek aangetroffen. Maar uit de registratiekaart van zijn vrouw blijkt, dat David Meljado een “Sperre” had, een voorlopige vrijstelling van deportatie tot nader order, waardoor óók zijn vrouw Judic “gesperrt” was (“wegens haar echtgenoot”). Uit haar registratie blijkt dat zij eerder óók werkzaam geweest was als diamantsnijdster. Mogelijk was waren David’s werkzaamheden in de diamantindustrie in Amsterdam en Antwerpen reden voor zijn (voorlopige) vrijstelling.

Judic Meljado Haamerslag werd op 26 Mei 1943 tijdens de razzia’s die de Duitse bezetters eind Mei hielden, opgepakt en afgevoerd naar Westerbork waar zij terechtkwam in barak 61. Vervolgens werd zij op 1 Juni op transport gesteld naar het vernietigingskamp Sobibor. Uit de overlijdensaktes van zowel Judic als van haar man David blijkt, dat beiden op 4 Juni 1943 in de gaskamers van Sobibor zijn vermoord. Aannemelijk is dus óók, dat David Meljado gelijk met zijn vrouw Judic Haamerslag die 26e Mei werd opgepakt, naar Westerbork werd afgevoerd en op 1 Juni 1943 naar Sobibor werd gedeporteerd.

Het transport van die 1e Juni 1943 was één van de grotere deportatietransporten naar Sobibor: het bevatte 3006 slachtoffers, waaronder Jules Schelvis, de énige die dit transport heeft overleefd. Alle anderen werden na aankomst die 4e Juni 1943 direct omgebracht in de gaskamers van Sobibor.

Bronnen o.a. het  Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten David Meljado, archiefkaarten van David Meljado, Johanna Hendrina van Bentum en Judic Haamerslag, diverse woningkaarten Amsterdam; het Felix archief/ vreemdelingendossiers 994#2844, 994#2902, 995#1371 en 158995 uit Antwerpen en Borgerhout voor David Meljado en Judic Haamerslag; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Judich Meljado-Haamerslag; Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/1 Juni 1943; website ITS Arolson/ lijsten slachtoffers  overleden in Sobibor van Meljado en Haamerslag en de officiële overlijdensaktes, opgemaakt te Amsterdam voor David Meljado, nr. 22 d.d. 5 April 1950 uit het A-register 25-folo 5verso en voor Judic Meljado-Haamerslag, nr. 554 d.d. 29 Maart 1950 uit het A-register 22-folio 94.

 

 

Alle rechten voorbehouden