Isaac Ritmeester was de tweede van de zeven kinderen van Jechiël Ritmeester en Elisabeth Brandon. Hij was ongehuwd en woonde thuis bij zijn ouders in de Lepelstraat 2 2e etage in het oude centrum van Amsterdam.
De toen 26-jarige reclameschilder Isaac Ritmeester moest zich op 19 Juli 1942, samen met zijn tweelingzussen Rosa en Esther gereed houden voor transport vanaf het Amsterdamse Centraal Station naar Westerbork. De trein zou die nacht om 02.16 u vertrekken.
Om onbekende redenen echter werden Rosa en Ester Ritmeester op het laatste moment van de transportlijst geschrapt. Zij werden pas op 15 November 1943 in een direct transport vanuit Vught naar Auschwitz gedeporteerd. Isaac Ritmeester daarentegen werd die nacht van de 19e Juli 1942 wél naar Westerbork afgevoerd en van daar op 24 Juli op transport gesteld naar Auschwitz. Bij aankomst aldaar, ± 26/27 Juli 1942, werd Isaac tewerkgesteld maar onbekend is waar en welke werkzaamheden hij heeft moeten doen.
Na de oorlog heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie op basis van onderzoek van het Rode Kruis en getuigenissen van overlevenden vastgesteld dat Isaac Ritmeester op 9 Augustus 1942 in Auschwitz is overleden. De gemeente Amsterdam kreeg toen de opdracht om een akte van overlijden voor hem op te maken waarin is bevestigd dat Isaac Ritmeester op 9 Augustus 1942 in Auschwitz is overleden. In de later gevonden resten van de administratie van Auschwitz, de z.g. “Sterbebücher”, kon echter worden bewezen dat Isaac Ritmeester daar al een dag eerder, op 8 Augustus 1942 werd vermoord.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Jechiël Ritmeester, archiefkaart van Isaac Ritmeester, het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Isaac Ritmeester, het archief van de Joodse Raad, transportlijst Amsterdam-Westerbork van 19 Juli 1942; de Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/transport 24 Juli 1942; de website Museum and Memorial Auschwitz-Birkenau/Auschwitz Prisoners/Isaac Ritmeester en de overlijdensakte 420 van 8 September 1950 uit het A-register 49-folio 71 verso voor Isaac Ritmeester.