Biografie

Over Rebecca Leefson, haar 2e echtgenoot Israël de Magtige en hun dochter Bertien.

Eerder gehuwd (1921) en gescheiden (1926) van David Bokkie (1895)

Rebecca Leefson was een dochter van de kapper Salomon Louis Leefson en Naatje Swaab. Zij was geboren in Amsterdam op 12 Juni 1895 als jongste van de drie dochters: Haar zussen waren Rachel, die in 1888 geboren was en Schoontje in 1889, van wie beiden verder niets bekend is. Als leerling naaister verbleef Rebecca vanaf 31 Juli 1914 tot 24 Januari 1916 in het Zwitsers Yverdon.  

Terug bij haar ouders in Amsterdam werkte zij als naaister. Na het overlijden van haar moeder Naatje Swaab in Januari 1919, werd zij  in Maart 1919 afgeschreven naar haar oom Salomon Mozes Leefson. Haar vader werd op 10 December 1923 opgenomen in het Centraal Israëlitisch Krankzinnigengesticht “Het Apeldoornsche Bosch”, waar hij als weduwnaar van Naatje Swaab op 3 Maart 1924 overleed.

Rebecca trad op 1 December 1921 in Zaandam in het huwelijk met David Bokkie , die geboren was op 5 Maart 1895 als zoon van Samuel Bokkie en Betje Walvis. Hij was diamantbewerker en lid van de ANDB. Het huwelijk hield echter geen stand want op 9 October 1926 werd het huwelijk in Zaandam door echtscheiding ontbonden. Rebecca en David hadden géén kinderen.

Twee jaar later, op 4 October 1928 trouwde Rebecca Leefson voor de 2e maal – nu met Israël de Magtige, een zoon van Hartog de Magtige en Elisabeth Trijtel. Hij was geboren in Amsterdam op 16 Augtustus 1896 en van beroep was hij diamantversteller. Nadat het huwelijk was gesloten, betrokken Rebecca en Israël een woning in de Waverstraat 58 III in Amsterdam-Zuid, waar op 1 Juni 1929 hun dochter Bertien werd geboren. Het gezin De Magtige verhuisde in Mei 1932 naar het Thérèse Schwarzeplein 29 II en in Maart 1938 naar huisnummer 25 1e etage.

Wegens een “Vergehen gegen Jüdische Gesetze”- een vergrijp tegen de (Duits) Joodse wetten – werd Israël de Magtige op31 Maart 1943 met een straftransport uit het concentratiekamp Vught naar Westebork overgebracht. Voordien was Israël al op 19 Februari 1943 opgepakt en doorgestuurd naar Vught. Op 19 April 1943 werd hij in Westerbork opgenomen in de ziekenbarak 83 en ruim een week later, op 27 April op transport gesteld naar Sobibor, waar Israël de Magtige op 30 April 1943 direct na aankomst in de gaskamers werd vermoord.

Rebecca de Magtige-Leefson en haar toen nog 13-jarige dochter Bertien werden in de nacht van4 op 5 Maart 1943 afgevoerd naar het concentratiekamp Vught. Op 6 Juni werden Bertien als ook haar moeder op transport gesteld naar Westerbork – dat was het z.g. kindertransport. Op 7 Juni kwam opnieuw een grote groep kinderen met begeleiders aan uit Vught en allen, totaal zo’n 3017 kinderen en begeleiders, werden op 8 Juni 1943 gedeporteerd naar Sobibor. Bij aankomst aldaar op 11 Juni 1943 werden allen in de gaskamers vermoord. Er waren geen overlevenden.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van David Bokkie (1895) en Israël de Magtige (1896); archiefkaarten van Rebecca Leefson, David Bokkie/De Bock, Israël de Magtige en Bertien de Magtige; Overgenomen Delen Stadsarchief Amsterdam/Rebecca Leefson; website openarchieven.nl/huwelijk Salomon Louis Leefson x Naatje Swaab; overlijdensakte Amsterdam jaar 1919/2-42 dd 18 Januari 1919 nr. 490 voor Naatje Leefson-Swaab; overlijdensakte 132 uit Apeldoorn van 3 Maart 1924 voor Salomon Louis Leefson; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Israël de Magtige, Rebecca de Magtige-Leefson en Bertien de Magtige; website ITS Arolson/kampkaarten Vught voor Israël de Magtige, Rebecca de Magtige-Leefson en Bertien de Magtige en de website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/27 April 1943 en 8 Juni 1943.

Alle rechten voorbehouden