Het verleden van een Joods gezin, ooit gevestigd op de Zaanenlaan in Haarlem, leek bijna verloren te gaan. Echter, tijdens een renovatie ontdekten de huidige bewoners vijf verborgen fotoalbums. Deze albums werpen een fascinerend licht op het leven van het gezin, maar brengen ook prangende vragen met zich mee. "Hebben ze de oorlog overleefd?"
Het is eind 1999 als Hans en Mariëlle Vos net eigenaar zijn geworden van de jaren 30-woning op het adres Zaanenlaan 79. Het pand heeft dringend behoefte aan herschikking, want de vriend van wie ze het kochten woonde er in zijn eentje. Hans en Mariëlle trekken er met hun twee kinderen in.
Bij het vervangen van de elektriciteitsleidingen op zolder doen ze een ontdekking die het leven van eerdere bewoners blootlegt. Achter planken vinden ze vergeelde krantenknipsels en vijf verstofte albums met foto's van een vader, moeder en twee zoons die met blije ogen in de camera kijken.
Joods gezin
Het gaat vermoedelijk om een Joods gezin, dat ooit op deze plek woonde. Ze hebben de Zaanenlaan voor een paar weken vakantie verruild voor een verblijf in de Zwitserse of Oostenrijkse Alpen.
Hoewel Hitler in Duitsland al aan de macht is en de eerste maatregelen zijn genomen om Joden uit sluiten van het openbare leven, is duidelijk dat vader, moeder en hun twee zoons geen idee hebben wat ze te wachten staat.
Hans en Mariëlle kunnen hun ogen niet van de foto's afhouden, waardoor het een paar maanden duurt voordat Zaanenlaan 79 het paleisje is dat ze zich ervan hadden voorgesteld. Maar dan beginnen ze hun zoektocht naar de mensen die ze op de foto's zo vrolijk toelachen.
"Wat is er van ze geworden? Hebben ze de oorlog overleefd?", vraagt Hans, een gepensioneerd politiefunctionaris, zich op dat moment af. "We hadden geen idee", zegt Mariëlle, die bij IBM heeft gewerkt. Beiden zijn betrokken bij hun omgeving. Mariëlle is onder andere actief is in de Wijkraad Planetenwijk, Hans helpt mee met de bouw van buurthuis het Posthuis om de hoek in het Zaanenpark.
Antwoorden
Sneller dan verwacht vinden ze de antwoorden op hun vragen. Een vriend die bij de gemeente Haarlem werkt, heeft toevallig net een brief ontvangen van ene Bob Simons uit Ierland. De man schrijft als kind op het adres Zaanenlaan 79 te hebben gewoond.
Simons wil weten wat er is gebeurd met de woning waar hij tot het begin van de Tweede Wereldoorlog heeft gewoond, samen met zijn ouders Salomon en Annelise en zijn jongere broer Jaap. "Dat is toch jullie huis?", vraagt de bevriende ambtenaar aan Hans en Mariëlle.
Hans en Mariëlle schrijven Bob Simons een brief waarin ze vertellen over de vondst. Op uitnodiging van Bob gaan ze met hun kinderen een paar maanden later naar Miltown Malbay, aan de uitgestrekte Ierse Westkust. Huizen hebben er geen adressen, alleen namen.
Hans: "De enige aanwijzing die we hadden was de naam Spanish Point. We waren al een tijdje aan het zoeken en dachten het nooit te vinden, totdat we opeens overal langs de vlag Nederlandse vlaggetjes zagen. Die had Bob opgehangen om ons de weg te wijzen."
Klik
Ze wisten niet precies wat ze van de ontmoeting mochten verwachten, maar al snel werd de twijfel weggenomen. Hans: "We hadden een klik." Mariëlle: "We hebben een paar prachtige weken gehad." Maar emotioneel gezien was het ook een zware tijd, want met de albums in de hand neemt Bob, een psycholoog, getrouwd en vader van twee kinderen, ze mee naar de donkerste tijd van zijn leven.
Bob is in 1931 geboren in Enschedé. Zijn ouders zijn Salomon Simons (Utrecht, 1896) en Annelise Simons-Woudstra (Lunen Duitsland, 1909). Hij heeft een vier jaar jongere broer, Jaap. Ze zijn Joods, maar niet praktiserend. Vader is veearts en werkt bij de Keuringsdienst van Waren in de regio Haarlem. Zijn moeder is afgestudeerd aan het conservatorium in Amsterdam. Ze is leerling van de beroemde Haarlemse componist en pianist Willem Andriessen. Bob vertelt Hans en Mariëlle dat de vier een harmonieus gezin vormden.
Verraden en vergast
Eind 1940 wordt Salomon Simons ontslagen omdat hij Joods is. Als de bewegingsvrijheid voor Joden steeds kleiner wordt en de dreiging van deportatie toeneemt, gaan vader en moeder op zoek naar onderduikadressen voor de twee jongens.
Die vinden ze voor Jaap in het oosten van het land en voor Bob aanvankelijk in Haarlem, later in Leiden en uiteindelijk op een boerderij in Eibergen in de Achterhoek. Vader en moeder zelf duiken eerst onder op de Kleine Houtweg en daarna in Dietsveld, een buurtje bij de Jan Gijzenkade dat na de annexatie van Schoten in 1927 bij Haarlem hoort.
Op die plek zijn ze verraden. Door wie is niet bekend. In juni 1943 worden ze op transport gezet. Via Westerbork gaan ze naar vernietigingskamp Sobibor. Daar worden ze op 2 juli vergast.
Niet besneden
Bob en zijn broer Jaap overleven de oorlog. Bob vertelt Hans en Mariëlle over zijn angstigste momenten, zoals die keer dat de Duitsers zijn Haarlemse onderduikadres overhoop halen. Bob lijkt hetzelfde lot te ondergaan als een Joods meisje, dat wordt meegenomen en later wordt gedeporteerd naar Westerbork.
Hij redt zich uit de dreigende situatie door zijn broek te laten zakken en zo te tonen dat hij niet besneden is. Daaruit trekken de Duitsers de conclusie dat hij onmogelijk Joods kan zijn. Mariëlle: "Bob zei dat hij zijn ouders op dat moment heel dankbaar was. Ze waren niet orthodox Joods en hadden hun zoons niet laten besnijden."
Emigratie
Na de oorlog trekken Bob en Jaap in bij de zus en zwager van hun moeder. Over het lot van zijn ouders wordt gezwegen. Pas jaren later komt hij er achter wat er met ze is gebeurd. Bob emigreert naar de Verenigde Staten, woont na zijn pensionering een tijdje in Ierland, maar keert uiteindelijk terug naar Amerika. Ook Jaap vertrekt naar de VS.
Zowel Bob als Jaap brengt, los van elkaar, een bezoek aan hun ouderlijk huis in de Zaanenlaan. Het zijn emotionele confrontaties. Hans: "We hadden voor Bob en zijn vrouw Sally ruimte gemaakt in de slaapkamer waar vroeger zijn ouders lagen. Dat maakte indruk."
Met Jaap hebben ze minder contact, maar hij is er wel bij als de struikelstenen op de stoep voor de deur worden onthuld. Mariëlle: "Hij was heel ingetogen, wilde eigenlijk niet naar binnen en vertelde niet zoveel. De enige herinnering die hij met ons deelde, was dat zijn moeder hem, vlak voordat hij naar zijn onderduikadres was gebracht, in bad had gedaan."
Jaap leeft nog. Hij is 88 jaar. Bob is begin dit jaar overleden. Hij was 92 jaar.