Max van Praag, de zoon van Arnold van Praag en Frederica Salomons, was geboren in Amsterdam op 16 Juni 1925. Hij was goed opgeleid, was in bezit van zijn diploma 5-jarige handels-HBS en zijn praktijkdiploma steno. Vóór de oorlog was Max werkzaam als kantoorbediende.
Max was in 1941, na de verplichte registratie van alle Joden in Nederland, voorlopig vrijgesteld van deportatie. Hij werd per 20 Juli 1942 werkzaam voor de Joodse Raad als “Estafette Buitenschoolse Jeugdzorg” en “gesperrt wegens functie”.
Max woonde met zijn ouders in de Reggestraat 20 1e etage in Amsterdam-Zuid, toen zij allen op 12 Februari 1943 werden opgepakt en naar het concentratiekamp Vught werden gestuurd. Zijn vader Arnold van Praag, zijn moeder Frederica Salomons en Max verbleven daar tot 6 Juni; zijn moeder was daar geregistreerd als “masseuse” en zijn vader als diamantslijper.
Vanuit Vught werd de 18-jarige Max met zijn ouders in de nacht van 6 op 7 Juni 1943 vanuit Vught doorgestuurd naar Westerbork waar zij terechtkwamen in barak 62. Dat transport werd bekend als het beruchte “Kindertransport” . Dat bestond uit 613 mannen, 1350 vrouwen en 1051 kinderen tot en met 16 jaar, waaronder 119 kleuters, 123 peuters en 55 baby's, en wat op 8 Juni 1943 vanuit Westerbork naar Sobibor vertrok.
Uit aantekeningen van de Joodse Raadkaart van Max van Praag is af te leiden, dat hij samen met zijn ouders op 7 Juni 1943 vanuit Vught in Westerbork is aangekomen. Maar hèm is het kennelijk gelukt om van daar tóch weer in Amsterdam te komen, maar onbekend is hoe. Dáár is het hem gelukt om zonder Jodenster en met een vervalst persoonsbewijs tot December 1943 uit handen van de Duitsers te blijven. Maar zijn ouders gingen op 8 Juni 1943 mee met het transport vanuit Westerbork naar Sobibor en werden bij aankomst op 11 Juni 1943 door vergassing vermoord.
Aantekeningen op zijn registratiekaart van de Joodse Raadkaart tonen aan dat Max op 9 December 1943 als strafgeval vanuit Amsterdam naar Westerbork is overgebracht en daar werd ingesloten in de strafbarak 67. Transportlijsten uit de archieven van het Rode Kruis tonen aan dat Max twee dagen eerder, op 7 December 1943 in Amsterdam was gearresteerd. Zijn arrestatie werd door de Duitsers beschreven als “Straffälliger Jude die im Zuge der Einzelaktion festgenommen wurde” of wel ” Jood, schuldig aan een strafbaar feit, die tijdens een individuele aktie werd gearresteerd” (droeg geen Jodenster en had een valse I.D).
Op 25 Januari 1944 werd Max met nog 947 andere slachtoffers op straf-transport gesteld naar Auschwitz, waar hij 27 of 28 Januari 1944 moet zijn aangekomen en waar hij het gevangenennummer 172975 heeft gekregen. De rest van het jaar 1944 heeft Max in Auschwitz III/Monowitz doorgebracht bij de Buna Werke, totdat begin 1945 de z.g. “grote evacuatietransporten” een aanvang namen.
In de periode 18 t/m 21 Januari 1945 werden gevangenen met trein- en voettransporten uit het Auschwitz-complex naar elders geëvacueerd. Ook Max van Praag werd in die periode vanuit Monowitz (Auschwitz III), per trein naar Buchenwald “geëvacueerd”, waar hij op 26 Januari 1945 is aangekomen.
Na aankomst in Buchenwald werd Max geregistreerd als “Politische Holländische Jude”. Van zijn “Häflings-Personalskarte” blijkt dat hij daar het gevangenennummer 122337 kreeg. Als familie werd zijn tante Johanna Matteman uit de Holendrechtstraat 45 te Amsterdam genoteerd en als zijn beroep “Sanitäter” (paramedicus). Dit doet vermoeden dat Max bij aankomst in Auschwitz óók al tewerkgesteld is geworden bijvoorbeeld in blok 20 of 28 van het gevangenis hospitaal van Auschwitz I óf in de Häflingskrankenbau van Monowitz, wat echter niet met zekerheid bevestigd kan worden.
Max van Praag is op 22 Februari 1945 omgekomen in Buchenwald. De doodsoorzaak werd omschreven als “sepsis bei Phlegmone linker Oberarm” of wel een bloedvergiftiging (sepsis) en een heftige etterige infectieuze ontsteking (zoals gasgangreen) in de linker bovenarm”.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten Arnold van Praag; archiefkaart Max van Praag; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Max van Praag; het archief van het Rode Kruis, transportlijst strafgevallen Amsterdam-Westerbork van 9 December 1943 met Max van Praag; Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/transport 25 Januari 1944; Rode Kruis onderzoek en publicatie “Auschwitz VI – De grote evacuatie transporten” uit Maart 1952; website ITS Arolson/diverse Buchenwald documenten betreffende Max van Praag, w.o. zijn Häftlings-Personal Karte en Buchenwald Totenbuch betreffend Max van Praag; de archieven van het Museum Auschwitz-Birkenau/info over Max van Praag bij Buna in Monowitz (Auschwitz III) en de akte van overlijden nr. 110 opgemaakt te Amsterdam op 7 December 1950 uit register A60-folio 20.