Door het ontbreken van officiële documenten van dit complex kunnen de namen van de gevangenen, die tot een der sub A genoemde transporten hebben behoord, uitsluitend door verklaringen van teruggekeerden worden vastgesteld . Zij, die KL. DACHAU levend bereikten (zie sub C) zijn echter bij aankomst geregistreerd.
A): BINNENKOMENDE TRANSPORTEN
Vertrek Kamp Aankomst Kamp gevangenen nummerserie
07-10-1943 AU 09-10-1943 WA 2804-4112
08-10-1943 AU 10-10-1943 WA 2804-4112
00-12-1943 AU 00-12-1943 WA onbekend
Hoewel bovenvermelde transporten buiten het kader van dit rapport vallen, daar zijn in 1943 plaatsvonden, zijn zij toch opgenomen in verband met het feit, dat vele uit Nederland gedeporteerde Joodse gevangenen tot deze transporten hebben behoord en de nog-overlevenden in 1944 naar KL. DACHAU zijn geëvacueerd
De namen van de gevangenen, die tot deze transporten hebben behoord, zijn niet officieel. Ook wat WARSCHAU betreft, kan alleen aan de hand van getuigenverklaringen worden vastgesteld, wie in dit kamp zijn binnengekomen, indien zij later niet in KL. DACHAU zijn terechtgekomen. (zie sub C).
Op 23.Juli 1943 is een transport van 300 niet-Joodse gevangenen, waaronder 15 Nederlanders (namen bekend) uit KL. BUCHENWALD naar WARSCHAU vertrokken. Bij aankomst kregen zij gevangen nummers in de serie 1- 300 en werden ondergebracht in houten barakken, gelegen in het totaal verwoeste getto van WARSCHAU. Onder S.S. bewaking moesten zij puin ruimen en nieuwe barakken moesten bouwen voor de aanstaande transporten van circa 6000 Joodse gevangenen. De nog-overlevenden van dit transport zijn tegelijk met de nog-overlevende Joodse gevangenen naar KL. DACHAU geëvacueerd.
B): NORMALE UITGAANDE TRANSPORTEN
Voor zover bekend zijn geen uit Nederland gedeporteerde Joodse gevangenen met een normaal transport afgevoerd.
C): EVACUATIE TRANSPORTEN
- 1 Juli 1944 naar KL. DACHAU, aankomst 6 Augustus 1944.
- Behalve bovenvermeld evacuatietransport heeft ook een tweede plaatsgehad dat op 12 September 1944 KL. DACHAU bereikte. Tot dit laatste transport hebben echter uitsluitend niet uit Nederland gedeporteerde Hongaren behoord.
- De namen van de gevangenen, die KL. DACHAU bereikten met een der beide evacuatie-transporten (respectievelijk 3954 en 3034 man) zijn bekend.
D): HET LOT VAN DE GEVANGENEN
Uit getuigenverklaringen blijkt niet alleen, dat zeer vele gevangenen van het Joodse kamp te WARSCHAU zijn overleden tijdens een hevige tyfusepidemie, welke in begin 1944 heeft geheerst, doch tevens, dat vele uit Nederland gedeporteerde Joodse gevangenen tot de slachtoffers hebben behoord.
Gelet op het voorafgaande zal dus in het algemeen van niet teruggekeerden, van wie vaststaat of verondersteld mag worden:
- dat zij WARSCHAU bereikten met een der sub A genoemde transporten;
- dat niet bekend is, op welke bepaalde datum of in welke bepaalde periode zij te WARSCHAU zijn overleden,
- dat zij niet na 1 April 1944 te WARSCHAU of elders zijn gesignaleerd,
met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid moeten worden aangenomen, dat zij te WARSCHAU zijn overleden en wel niet eerder dan op 1 Januari 1944 en uiterlijk op en uiterlijk op 1 April 1944
Voor niet teruggekeerden echter van wie vaststaat:
- dat zij na 1 April 1944 te WARSCHAU zijn gesignaleerd,
- dat zij niet van WARSCHAU in KL. DACHAU terecht zijn gekomen,
- dat niet bekend is op welke bepaalde datum zij te WARSCHAU of tijdens de evacuatie naar KL. DACHAU zijn overleden,
zal met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid moeten worden aangenomen, dat zij te WARSCHAU of tijdens de evacuatie naar KL. DACHAU zijn overleden en wel niet eerder dan op 1 April 1944 en uiterlijk op 6 Augustus 1944.
Bron: het archief van het Rode Kruis, publicatie "Auschwitz VI", uit Maart 1952, de Afvoertransporten uit Auschwitz en omgeving naar het Noorden en Westen en de grote Evacuatie transporten, Hoofdstuk WARSCHAU, blz. 123-125.