Verhaal

Rosalie opgepakt met haar vriend Albert en met haar zus Ganny en dier vriend Wolfram

Rosalie dook onder samen met haar vriend Albert de Jong in Loosdrecht. Albert  (Nijmegen, 29 juni 1923 – Sobibor, 11 juni 1943) was met zijn ouders en zijn broer Hans (eigenlijk Henri) in april 1940 van Nijmegen naar Utrecht, Molièrelaan 8, verhuisd. De ouders van Albert en Hans en anderen doken onder op meerdere plaatsen, onder meer in Nijmegen, zij keerden na de oorlog terug naar Utrecht. Hans dook onder met Ella Leefsma (Rotterdam, 7 juni 1921), die woonde op de Van Musschenbroekstraat 2 in Utrecht. Kort ervoor waren ze getrouwd. Ze doken onder in Loosdrecht, Vianen, Heerenveen en andere plaatsen, maar werden uiteindelijk na verraad opgepakt in Leiden. Hans keerde terug uit Auschwitz, Ella werd er vermoord.

Albert en Rosalie werden eind mei opgepakt ergens in Gelderland, want ze werden ingesloten in het Huis van Bewaring in Arnhem. Tegelijk met hen werden ook haar zus Ganny de Groot en haar partner Wolfram Marsman (Leiden, 16 juli 1914 – Sobibor 11 juni 1943) opgepakt en ingesloten. Vanuit Arnhem werden zij alle vier overgebracht naar Kamp Westerbork en vervolgens naar Sobibor.

De ouders van Rosalie doken onder samen met haar zus Geertruida, zij werden opgepakt in november 1943. Haar zus Cato werd in Rotterdam opgepakt op 14 september 1943 en vastgezet in het Huis van Bewaring. Op 25 september werden zij en 27 andere personen door de Rotterdamse Transportdienst afgevoerd naar Vught. Vanuit dit kamp werd zij op 15 november met 1.148 anderen direct naar KL Auschwitz gedeporteerd, waar zij werd tewerkgesteld. Na enige tijd kwam zij er op onbekende datum om. 

Hun zus Martha was een Palestinapionier en zat in het tehuis in Elden. Daar zat ook Leonardus van Esso. Huize Voorburg in Elden werd op 3 oktober 1942 ontruimd, zoals toen ook de werkkampen. Leo en Martha trouwden met elkaar in Kamp Westerbork op 22 november 1943. Zij werden samen gedeporteerd naar Kamp Bergen-Belsen op 1 februari 1944. De meeste pioniers waren op 11 januari naar dat kamp overgebracht. In kamp Bergen-Belsen werd Gideon geboren. Maar zoals velen werden zij gedrieën op een van de treinen naar het oosten gezet in april 1945, zij zaten in de bekende trein die strandde in Tröbitz en werd bevrijd door soldaten van het Rode Leger, meest Oekraïners. Maar Gideon was onderweg, op het traject Ülzen – Lüneburg, al bezweken en langs het spoor begraven.

Zie hierover: https://www.oorloginnijmegen.nl/index.php/razzia-s-en-deportaties?view=article&id=1508:stolpersteine-vossenlaan-257-sophie-de-jong-en-nathan-de-vries-en-hun-kinderen&catid=557#gsc.tab=0