Mijn moeder, Hendrika van Boeijen, woonde in de jaren dertig op Landuis Breidablik, Verlengde Engweg 10, Laren evenals haar moeder, Hendrika Geertruida Wilhelmina Boeijen. Mijn grootmoeder overleed in 1938, maar mijn moeder bleef in het huis wonen bij haar grootouders, Theodorus van der Waerden en Dorothea Adriana Endt. In of rond eind 1939 of begin 1940 herinnerde mijn moeder zich dat meneer Van der Waerden buiten de oprit stond en tegen haar schreeuwde dat ze weg moest rennen. Mijn moeder was toen pas ongeveer 8 jaar oud, dus het was me niet helemaal duidelijk of ze zich op hetzelfde moment of een andere keer ook een jongen herinnerde met wie ze als kind speelde, genaamd Benny, die met geweld in een vrachtwagen werd gegooid door de Duitsers. soldaten uit het Larense huis. Mijn moeder dacht dat het hetzelfde incident was. Voordat de Pfeffers hun intrek namen, rond het moment dat de heer van der Waerden in juni 1940 aan kanker stierf, werd mijn moeder naar verschillende familieleden van moeders kant van de familie gebracht en keerde nooit meer terug naar het huis nadat ze te horen had gekregen dat het verloren was gegaan door de overstroming. of rond 1942.
Mijn moeder heeft Benny altijd dierbaar gehouden, en ook andere slachtoffers die ze kende, zoals een vriendin genaamd Dina toen ze met haar moedersfamilie in Groningen was, en het verhaal van de familie Pfeffer dat je deelde, ontroerde mij en mijn overlevende broers en zussen. Mijn zus Ellie en ik zullen in december in Laren zijn om langs het huis te lopen en afscheid te nemen.
bron: Henny van Breukelen
Verhaal