Kaatje ging van 2 september 1929 tot 22 juni 1942 naar de Amsterdamse dovenschool.
Volgens de gegevens van de school was haar vader koopman in lompen van beroep.
In 1939 staat genoteerd dat Moeder gescheiden leefde, en verzorgster was van Kaatje.
Op 22 juni 1942 staat vermeld dat Kaatje door haar moeder op een atelier geplaatst was, op de Badlaan 24 in Amsterdam. Zij werkte daar aan de fabricatie …