Blanche Nabarro werd geboren in Engeland en kwam als jong meisje met haar familie naar Nederland. Haar ouders Aron David Nabarro en Henriette (Heintje) Stoodel waren beiden in Amsterdam geboren. Aron David was meubelmaker en overleed in 1933. In Nederland leerde Blanche Meier Vieijra kennen en na hun huwelijk in 1939 betrokken zij een woning in de Eerste Boerhaavestraat in Amsterdam-Oost.
Na de razzia op 22 februari 1941 bleef Blanche alleen en zwanger achter. Met enige regelmaat ontving zij brieven van haar man, eerst uit Buchenwald en later uit Mauthausen. De brieven waren gedicteerd. Op 31 augustus 1941 schreef Meier een ontroerende brief. ‘Blanche’, dicteerde hij, ‘als je een zoon krijgt noem hem dan Jacob Ben Meier, is het een dochter noem haar dan Rachel.’ Haar brief waarin zij dit belooft zou Meier nooit bereiken, op 17 september was hij bezweken. Blanche ontving de brief retour met het stempel: An Absender zurück. Op 2 oktober 1941 beviel zij van een dochter Rachel (Ella).
In mei 1943 dook Blanche met haar dochtertje onder in Oldebroek bij de familie Flier. Ook een nichtje van Ella, Bertha Bromet, werd daar ondergebracht. Ella en Bertha sliepen bij de dochters van de familie Flier. Blanche, die in Oldebroek Marie werd genoemd, sliep in de schuur in een gat onder de grond.
Heintje Nabarro-Stoodel, de moeder van Blanche is op 13 november 1942 in Auschwitz vermoord. Na de oorlog emigreerde Blanche met haar dochtertje Ella naar Engeland. Pas na de dood van haar moeder in 2003 vond Ella de fotoalbums en de brieven van haar vader.
Ella heeft in januari 2011 de brieven van haar vader aan het Joods Historisch Museum geschonken.