Op 6 april 1943 werd bekend dat alle Joden, uitgezonderd de gemengd gehuwden en de zogenoemde half- en kwartjoden, Overijssel en Gelderland uiterlijk op 10 april moesten hebben verlaten. Op 8 en 9 april werden 92 Joodse Zwollenaren gedeporteerd. Vrouwtje Marcus-Blom is naar kamp Vught overgebracht.
Vrouwtje Marcus-Blom woonde op het moment van deportatie Voorstraat 41.
Bron: Historisch Centrum Overijssel, Archief Provinciaal Bestuur, inv.nr. 8933.
Archief Gemeente Zwolle, 1924-1988, inv.nr. 3009