Izaäk van Dam was getrouwd met Eva Nathans. Het echtpaar had drie zonen, Martijn Bertus, Siemon Machiel en Bernard Max. Ze hadden een manufacturenzaak aan de Stationsweg 42 in Zuidlaren. De twee oudste zonen, Martijn Bertus en Siemon Machiel,werkten in de zaak. Ze gingen ook met textiel de boer op. Betje Polak uit Sleen werkte als verkoopster in de zaak.
Izaäk van Dam was voorzitter van de winkeliersverenigingen in Zuidlaren. Het gezin Van Dam was korte tijd ondergedoken, maar keerde naar huis terug. Enige tijd later zijn Izaäk en zijn twee oudste zoons door de SD gearresteerd en via Groningen naar Westerbork gebracht. Eva van Dam-Nathans en haar tienjarige zoon Bernard Max werden van Zuidlaren via Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Bernard Max heeft uit de trein een kaartje gegooid, dat in Zuidlaren terecht is gekomen.
H. Hamburger en J.C. Regtien, Joodse oorlogsmonumenten in de provincie Drenthe. Profiel (Bedum 1999) 34
Van dit gezin is ook een JOKOS-dossier (nummer 35787) aanwezig op het Gemeentearchief van Amsterdam. Voor inzage is toestemming nodig van de stichting Joods Maatschappelijk Werk.