Mozes Flinker hield in de oorlog een dagboek bij. Het gehele gezin Flinker was naar Brussel gevlucht en probeerde daar 'gewoon' te leven. Het was een orthodox gezin en Mozes was zeer religieus. Hij begon in november 1942 met zijn in het Hebreeuws geschreven dagboek, waarin hij verslag doet van zijn gedachten over het joods-zijn, de oorlog en zijn droom om naar Palestina te gaan. Hij beeïndigde het dagboek in september 1943.
J. Soetendorp (vert.); D. Houwaart (intr.), Dagboek van Mozes Flinker 1942-1943, (Amsterdam 1985)
Mozes Wolf Flinker zat in september 1941 in klas 3 van de Handelsdagschool te Den Haag.
Gegevens van joodse leerlingen op scholen in Den Haag. Lijsten van joodse leerlingen op scholen in Den Haag, inclusief een lijst van leerlingen van het Joods Lyceum, bevinden zich in het archief van het Joods Lyceum te Den Haag. Dit archief bevindt zich in het Gemeentearchief Den Haag.
Met ingang van 1 september 1941 mochten joodse kinderen slechts scholen bezoeken die uitsluitend voor joodse leerlingen waren bestemd. In alle delen van het land werden scholen voor joodse leerlingen opgericht. In Den Haag werd op 15 oktober 1941 het Joods Lyceum in de Fisherstraat 135 geopend. Dit Joods Lyceum bleef bestaan tot 26 november 1942, waarna de school onder de naam Joodse School voor Voortgezet Onderwijs werd verplaatst naar de Bezemstraat. De school bleef bestaan tot 15 april 1943.
Mozes Wolf Flinker zat in het cursusjaar 1941-1942 in de derde klas van de afdeling Handelsdagschool van het Joods Lyceum in Den Haag. Hij was een van de weinige leerlingen die bereid was zijn middagpauze op te offeren om Talmoed te studeren. Hij hield een in het Hebreeuws geschreven dagboek bij.
Wally de Lang, Slotakkoord der kinderjaren. Herinneringen aan het Joodsch Lyceum Fisherstraat Den Haag 1941-1943 (Den Haag 2003) 17-18, 85, 112-114, 240