Benedictus (Ben) Zurel werd tijdens een poging om per trein van Nederland naar Zwitserland te vluchten nabij Brussel in de trein gearresteerd, samen met zijn tweejarige dochtertje. Zijn vrouw kon ontkomen en werd niet aangehouden. Benedictus Zurel smeekte op zijn knieën om zijn kind vrij te laten. Het kind werd ondergebracht in (vermoedelijk) hetzelfde kamp als haar vader, maar omdat er weinig kinderen in het kamp verbleven, werd een speciaal kindertransport uitgesteld. Door een arts is zij ondergebracht bij een Belgisch echtpaar zonder kinderen. Na de oorlog zijn moeder en kind door het Rode Kruis herenigd in Amsterdam, al herkende het kind haar moeder niet meer en sprak het alleen maar Frans.
Benedictus Zurel werd op 14 september 1942 vanuit Mechelen naar Auschwitz gedeporteerd.
S. Klarsfeld en M. Steinberg, Memoriaal van de deportatie der Joden uit België (Brussel 1982)