De IJsselkade, ter hoogte van het van Heutzsplein te Kampen.
Hier werd aan de IJsselkade de Rotterdammer Abraham van Ploeg doodgeschoten.
Bram was in 1941 expeditieknecht bij een lijstenfabriek. Hij was in 1929 gemengd gehuwd met Helena Maria Duiker, rooms-katholiek, en in die huwelijksakte staat dat zijn beroep metaalbewerker is.
Bram en Helena kregen drie dochters, waarvan er één als baby is gestorven. Aan het begin van de oorlog woonden ze in de Jacominastraat 24 op Rotterdam Zuid.
Hij kwam aan de kade aan met een transport van dwangarbeiders die in rijnaken werden vervoerd.
Deze mensen waren gearresteerd tijdens de razzia van Rotterdam op 10 en 11 november 1944. De grootste razzia die de Duitse bezetter tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft gehouden.
Bij deze razzia zijn ongeveer 52.000 van de 70.000 mannen tussen 17 en 40 jaar uit Rotterdam en Schiedam weggevoerd, een vrij hoog percentage vergeleken met latere razzia’s in andere steden, toen het verrassingseffect minder groot was.
Een Duitse officier ontdekte dat er zich een jood onder de dwangarbeiders bevond en schoot hem in koelen bloede dood. Dit gebeurde op 13 november 1944, van Ploeg werd 35 jaar.
Verhaal
Abraham van Ploeg vermoord aan de IJsselkade (van Heutzsplein) te Kampen
Een tragedie speelt zich af aan de kade van de IJssel in Kampen.
Hoe Abraham van Ploeg aan de IJsselkade van Kampen door een Duitse officier werd vermoord