Bernd ging van 6 september 1940 tot een onbekende datum naar de Groningse dovenschool. Hij leerde schoenmaken. Volgens de gegevens van de school was Bernd doof geboren of op 9-jarige leeftijd doof geworden.
Zijn vader woonde in Amsterdam en werkte daar als kruidenier.
Bernd kwam op 6 september 1940 op school maar liep weg: “weggelopen daar behandeling te kinderachtig was”. In het jaarverslag van het instituut over 1942 staat dat Bernd op 27 april 1942 was weggelopen: “paste zich niet aan de maatschappij aan en vertrok met onbekende bestemming”.
In het leerlingenboek staat “Vergast op 27 april 1942”.
Volgens ooggetuigen was Bernd in Duitsland geboren en kwam hij op het instituut om te leren liplezen. Hij wilde ook Frans leren.
Bernd was een grote jongen, vertellen ooggetuigen.
Op 10 november 1941 schreef directeur Büchli van de Groningse dovenschool het volgende aan de Inspecteur van het Buitengewoon Lager Onderwijs:
Tot aan de grote vacantie is op het Instituut geweest Bernd Jurgen Kywi, geboren 8 october 1921, een Duitse Joodsche vluchteling.
Nu het verbod voor de Joodsche kinderen is opgeheven (zie bijlagen), zou ik voor dit zeer speciaal geval dispensatie willen vragen, daar hij reeds 20 jaar is geworden.
Hij bezoekt alleen een avondklasse; overdag is hij op de ambachtsschool.
Gaarne in afwachting van,
Hoogachtend,
Uw.dw.
M.J.C. Büchli.
Het antwoord luidde echter negatief:
Antwoord van Buitengewoon Lager Onderwijs Inspectie:
Utrecht, 15 november 1941 (adres: Raamstraat 33 te Utrecht)
Geachte Heer Büchli, Hoe gaarne ik U ook van dienst wil zijn, voor het geval Kywi kan ik het tot mijn spijt niet.
Mij ontbreekt de bevoegdheid om voor leerlingen, die 20 jaar zijn geworden, nog dispensatie te verlenen.
Hoogachtend,
De Inspecteur van het BLO,
I.C. van Houte