Heintje van Oosten-Stork is geboren op 14 oktober 1895 in Amsterdam. Ze is in 1923 getrouwd met Abraham van Oosten uit Assen. Hij was een zoon van Jonas van Oosten en Gonda van Oosten-Godschalk. Jonas was eigenaar en oprichter van meubel- en beddenzaak ‘De Walvisch’ aan de Gedempte Singel. Abraham werd bouwkundig tekenaar en later zelfs architect. Hij heeft de glas-in-loodramen gemaakt die zich ooit in de synagoge aan de Groningerstraat bevonden. Later werden de glas-in-loodramen naar Israël gebracht, omdat de enige overlevende dochter van Abraham en Heintje daar woonde. Ook maakte hij de bouwtekeningen voor de vernieuwde joodse school. Abraham overleed op 2 februari 1937 op 40-jarige leeftijd. Abraham van Oosten en Heintje van Oosten-Stork hadden drie kinderen Gonda, Leo en Johanna Hester. Gonda is de enige overlevende van de familie.
Heintje van Oosten-Stork voerde een kosjere huishouding en kwam uit een vroom Joods gezin. Heintje en Johanna zijn opgepakt op 2 oktober 1942. Die avond verscheen er na acht uur ’s avonds Nederlandse politie met Duitse vrachtwagens. Johanna en haar moeder zijn die avond van huis gehaald en waarschijnlijk naar het plein van de Noordersingelschool gebracht. Daar zijn ze opgehaald en naar kamp Westerbork gebracht.
Heintje en haar docher Johanna Hester zijn op 3 oktober 1942 ingeschreven in kamp Westerbork, maar zijn waarschijnlijk al de avond ervoor aangekomen. Toen ze daar aankwamen waren er 17.000 mensen in het kamp en zat het overvol. Ze heeft vast gezeten in de barakken 35, 62 en 71. Op 16 februari 1943 zijn ze op transport gesteld samen met 1104 anderen.
Heintje werd samen met haar dochter Johanna Hester omgebracht op 19 februari 1943 in de gaskamers van vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau.
Bron: WesterborkPortretten