Kaatje de Groot trouwde op 10/11/1911 te Mijdrecht met de uit Tiel afkomstige Meijer van Dam (06/03/1889 Tiel - 13/09/1969 Zwolle). Meijer was een zoon van Aron van Dam en Betje de Haas. Aron van Dam was rijksveldwachter en gemeenteveldwachter en werd diverse malen overgeplaatst - het gezin woonde achtereenvolgens in Ommen, Tiel en Amsterdam. Meijer van Dam was de enige van dit gezin die de Tweede Wereld Oorlog overleefd heeft, al zijn broers overleden in Duitse vernietigingskampen:
-Salomon, overleden 16/4/1943 in Sobibor
-Jaques, overleden 5/10/1942 in Auschwitz
-Jacob, overleden 28/5/1943 in Sobibor
-Nico, overleden november 1942 in Auschwitz
Meijer van Dam woonde in 1911 in Amsterdam, en verhuisde op 18/7/1912 officieel naar Mijdrecht. Vanaf 1915 moet hij zeker weer in Amsterdam gewoond hebben, want zijn tweede zoon Joseph werd daar geboren. Op 17/10/1919 werd de echtscheiding van het echtpaar Van Dam/De Groot aangevraagd en op 19/3/1920 uitgesproken. Al op 18/6/1920 hertrouwde Meijer met de uit Enkhuizen afkomstige Johanna Mantel (22/8/1887 Enkhuizen - 24/8/1952 Zwolle). Van 1920 tot 5/11/1927 woonde Meijer met zijn tweed echtgenote in Velsen.
Meijer was achtereenvolgens buffetbediende, kantoorbediende, scheepsbediende op de grote vaart (1925) en daarna vishandelaar.
Het echtpaar Meijer van Dam en Johanna Mantel is op 5/11/1927 verhuisd van Velsen naar Harlingen. Na het overlijden van Johanna in 1952 zou Meijer voor een derde maal trouwen: op 4/12/1953 trouwde hij in Amsterdam met Elsa Frederika Paulina Prahm (geboren 27/8/1891 Wilsnack, Duitsland).
Bron: www.wiewaswie.nl, Amsterdams Archief