Het is waarschijnlijk dat Engeltje en haar zus Rika (en haar zoon Aron Huijkman) betrokken waren bij verzetsdaden en verraden zijn. Hierom zijn ze opgepakt aan de Proveniersstraat in Rotterdam en via Loods 24 en Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Voor zover bekend hielpen ze Engelse piloten aan vervalste papieren en medicatie. Deze medicatie was vermoedelijk afkomstig van Aron Huijkman die als chauffeur werkte bij een Duitse arts die met de Nazi's was meegekomen naar Rotterdam. De zoon van Rika, Aron Huijkman, heeft hiervoor in het Oranjehotel in Scheveningen gezeten en is daaruit vrijgekomen. Mogelijk door het tekenen van een niet-Joods verklaring en bemiddeling van zijn vrouw bij de Duitse arts waarvoor hij werkte.
Engeltje Kalkman-Salomons was een tante van verzetsstrijder Isidoor Huijkman (hij is omgekomen in kamp Vught en is de zoon van zus Rika Huijkman-Salomons. Isidoor is ook een broer van eerder genoemde Aron Huijkman).
Daarnaast is Engeltje Kalkman-Salomons een nicht van Frieda Belinfante, zij leidde groep 2000 in Amsterdam. Na de oorlog is ze bekend geworden als celliste en dirigente. De moeder van Engeltje (Sara Belinfante) was een zus van de vader van Frieda Belinfante (Aron / Ary Belinfante).
De overleden man van Engeltje, Marinus Kalkman, was een neef van Johannes van der Spek, directeur-geneesheer van Maasoord in Poortugaal (later Delta psychiatrische instelling). In Maasoord zijn veel Joden ondergebracht om zo te ontkomen aan deportatie. Dit kan ook gezien worden als verzetsdaad. De zoon van Engeltje, Aron Salomons (vernoemd naar zijn moeders achternaam), is in Poortugaal overleden in juni 1945. Mogelijk in Maasoord. Nadere details zijn onbekend.
Zie: Frieda Belinfante
en ook: Isidoor Huijkman