Elkan Barentz, magazijnbediende, geboren in Amsterdam op 11 Februari 1886 was een zoon van Jacob Barentz en Eva Juliard. Hij trouwde op 12 September 1917 in Amsterdam met Jetje van Thijn die op 7 September 1886 in Amsterdam geboren was als dochter van Nathan van Thijn en Eva van der Wouden. Het echtpaar kreeg één zoon, Jacques die geboren werd op 14 Juni 1918.
Na de bruiloft woonden Elkan en Jetje in de Ferdinand Bolstraat 130 in Amsterdam waar in 1918 hun zoon Jacques geboren werd. Het gezin verhuisde op 23 Maart 1925 naar het Boerhaveplein 12 I-hoog en op 19 October 1931 verhuisden zij naar de Mesdaglaan 30 in Heemstede. Van daar daar trokken zij op enig moment naar de Oude Amersfoortseweg 13 in Hilversum, waar zij tot ca 1941/1942 hebben gewoond. Nadien werd hun laatste adres Rijnstraat 185 in Amsterdam, van waar zij allen werden afgevoerd naar Westerbork.
Op 8 November 1942 werd het gezin in Westerbork geregistreerd en op 10 November gedeporteerd naar Auschwitz. Dit transport met in totaal 758 personen, stopte in Kozel, ca. 80 km westelijk van Auschwitz,waar 180 mannen tussen 15 en 50 jaar gedwongen werden om de trein te verlaten. Zij werden als dwangarbeiders ingezet in de omliggende werkkampen van Auschwitz. Jacques Barentz behoorde ook tot die groep.
Diegenen die in de trein achterbleven, werden verder vervoerd naar Auschwitz en bij aankomst aldaar op 13 November 1942 werden Elkan Barentz en zijn vrouw Jetje van Thijn onmiddellijk vermoord.
Bronnen: Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Elkan Barentz; website wiewaswie.nl/huwelijk Elkan Barentz met Jetje van Thijn; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Elkan Barentz, Jet Barentz-van Tijn (moet zijn Van Thijn) en Jacques Barentz en de wikipedialijst van Joden transporten vanuit Nederland.