Verhaal

Philip van Gelderen

Philip van Gelderen trouwde rond de eeuwwisseling in Keulen met de in het Poolse Czudec geboren Taube Jitte Leberfeld. Zij werd ook wel Paula genoemd. Rond 1903 verhuisde het echtpaar met hun in 1902 geboren zoon Frits naar Nederland. Ze vestigen zich eerst in Oosterbeek, ook korte tijd in Renkum (waar in 1904 en 1905 zoons Sander en Sal worden geboren) en rond 1906 in Arnhem. In 1907 wordt hier hun vierde zoon geboren: Ies, gevolgd door dochter Joke als hekkensluiter in 1910.

In de jaren '30 was Philip één van de laatste koosjere poeliers in Arnhem. Taube overleed in 1938. Zoon Sander en zijn gezin woonden korte tijd bij Philip in huis, maar in 1940 ging hij dan toch naar het Tehuis voor Oudelieden in Arnhem. Van hieruit werd hij opgepakt en gedeporteerd.

Oudste zoon Frits overleefde de oorlog in onderduik. Sander en Sal waren gemengd gehuwd - hoewel Sander werd gedeporteerd wegens verzetsactiviteiten. Hij overleefde diverse concentratiekampen. Zoon Ies werkte op de Holland-Amerikalijn en bevond zich tijdens het uitbreken van de oorlog toevallig in New York, waar hij besloot te blijven. Dochter Joke dook eveneens onder, maar werd opgepakt toen ze buiten een wandeling ging maken omdat ze het binnen niet meer uithield. Met het laatste transport naar Auschwitz vertrok ze op 3 september 1944 uit Westerbork. Bij de bevrijding van Auschwitz op 27 januari 1945 was ze nog in leven, maar ze stierf alsnog in de maanden daarna. 

Bron: http://www.genealogicus.nl/genealogie-van-een-joodse-familie-van-gelderen/