Verhaal

Biografie Hendrina Broekman

Hendrina Broekman (1889-1943), Zwolse pianiste en muzieklerares

Hendrina (Henny) Broekman ziet op 9 april 1889 in Zwolle het levenslicht. Zij is het eerste kind van Marcus Broekman en Klara Rudelsheim. Hendrina krijgt nog twee broers en een zus: Jacob (1890-Auschwitz 1942), Berendiena (1892-na1974) en Barend (1895- Zwolle 1940). Jacob en Barend werken als makelaars en verkopen hypotheken en verzekeringen. Aan de Melkmarkt 20 exploiteren zij vanaf 1925 het veilinghuis “De Witte Roos”. De naam is nog op de voorgevel zichtbaar. Zus Berendiena werkt als verpleegster in Amsterdam.

Henny is muzikaal aangelegd en gaat aan het Amsterdamse conservatorium piano studeren. In juli 1910 voltooit Hendrina haar opleiding met het behalen van de onderwijsbevoegdheid voor piano en muziektheorie aan de Toonkunstmuziekschool in Utrecht. Door wie is zij opgeleid? In Amsterdam door Daniël de Lange en Bernard Zweers, in Utrecht door Johan Wagenaar en Lucie Veerman-Bekker. Wagenaar is ongetwijfeld de bekendste van dit viertal. Hij was componist, dirigent, organist, docent en directeur van de Utrechtse Muziekschool en vanaf 1919 van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.

In januari 1907 debuteert Henny Broekman op zeventienjarige leeftijd in de Zwolse Buitensociëteit als concertpianiste. Met violist Victor van Riemsdijk en cellist M. Polak voert zij het 1e trio in d-Moll van Mendelssohn uit. Hendrina’s muzikale carrière volgt twee sporen. Volgens advertenties geeft zij vanaf 1911 privéles piano en muziek. Waarschijnlijk tot het moment dat de anti-Joodse maatregelen van de Duitsers haar dit in 1942 onmogelijk maakten. Tot het midden van de jaren 1920 geeft zij concerten in wisselende ensembles. De grote nationale concertpodia lagen buiten haar bereik. Tussen 1926 en 1936 is Hendrina verbonden aan het H.D.O. orkest, het orkest van de Hilversumse Draadloze Omroep. Dit orkest is een voorganger van het tegenwoordige Radio Philharmonisch Orkest.

Helaas weten we weinig over Hendrina’s privéleven. Op 3 oktober 1919 trouwt zij in Blaricum met Victor Henri van Riemsdijk, de violist met wie zij al jaren optreedt. Het huwelijk is geen succes, op 15 februari 1922 zijn ze weer gescheiden. Kinderen zijn er niet geboren. Daarna is Hendrina ongetrouwd gebleven.

Van 1926 tot het najaar van 1938 woont zij bij haar eveneens ongetrouwde broer Jacob in de Ter Borchstraat 9a. Vervolgens verhuist zij naar Ter Pelkwijkpark 5.

Een foto van Henny hebben we niet. Wil Cornelissen (overleden in 2014) herinnerde zich haar als ‘een ongetrouwde, beetje dikke dame met prachtig haar’.

Begin september 1942 gaat Hendrina bij niet-Joden op bezoek. Dat is tegen de regels en prompt volgt arrestatie door de Zwolse politie. Ze komt vrij, maar dat is slechts uitstel van groter onheil. Samen met nog zeventig andere Joodse Zwollenaren wordt Henny Broekman op 19 november 1942 naar het doorgangskamp Westerbork gedeporteerd. Daar verblijft zij nog ruim negen maanden. Elke week moet zij in spanning afwachten of zij op de transportlijst naar het oosten staat. Op 31 augustus 1943 vertrekt zij met transport 74 naar Auschwitz-Birkenau. De trein telt 1004 gedeporteerden. Na aankomst worden op het perron 506 mannen en vrouwen geselecteerd voor dwangarbeid in het kamp. Alle anderen, onder hen ook Hendrina Broekman, zijn op 3 september 1943 vermoord in de gaskamers. Henny Broekman is op 54-jarige leeftijd vermoord om wie ze was, omdat ze Joods was.

Een graf heeft zij niet gekregen. Haar as rust op een anonieme plek in Auschwitz-Birkenau. Zwolle is haar niet vergeten. In 1989 heeft de gemeente Zwolle een straat naar haar vernoemd: de Hendrina Broekmanstraat in Zwolle-Zuid.