Alida Stodel was de eerste geborene van de vier kinderen van Jacob Stodel en Elisabeth van Stratum, waarvan twee kinderen al kort na hun geboorte zijn overleden. Alida was geboren op 15 Augustus 1908 in Amsterdam en trouwde daar op 12 Augustus 1925 met Jacob Presser, een zoon van David Presser en Sara Milhado. Alida was costuumière en Jacob Presser begon te werken als magazijnbediende en werd later reiziger in lingerie. Hij was geboren op 13 Juni 1901 in Amsterdam.
Na de huwelijksdag betrokken Alida en Jacob een woning aan het Oosterpark 3 2e etage, waar hun twee kinderen werden geboren: op 8 Mei 1926 werd Sara geboren en op 21 Augustus 1930 Jack. Toen in 1939 Alida’s moeder Elisabeth van Stratum overleed, kwam haar vader Jacob Stodel bij hen inwonen.
Sara Presser werkte vanaf 15 Juli 1942 als verzorgster en huishoudelijke hulp in een rusthuis op de Nieuwe Herengracht 159, maar volgens een aantekening op haar registratiekaart van de Joodse Raad, "nam zij die functie sinds 10 Februari 1943 niet meer waar".
Op 8 November 1942 werd haar vader vanaf Oosterpark 3 weggehaald en afgevoerd naar Westerbork van waar hij op 10 November naar Auschwitz werd gedeporteerd en vervolgens bij aankomst daar direct werd vergast.
Op 25 mei 1943 moeten 7.000 Joden zich melden op de Amsterdamse Polderweg in Oost. Vlakbij ligt het treinstation Muiderpoort. Hier zullen zij op een trein stappen die hen naar Kamp Westerbork brengt. Slecht een fractie geeft gehoor aan de oproep, tot grote irritatie van de Duitsers. 500 Joden verzamelen zich op de Polderweg en wachten door urenlang op de trein, waaronder vermoedelijk ook het hele gezin van Jacob Presser.
Bij aankomst in Westerbork worden zij gelijk doorgestuurd naar Sobibor waar zij bij aankomst op 28 Mei 1943 onmiddellijk worden vermoord in de gaskamers daar.
Bronnen o.a het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Jacob Stodel en David Presser; archiefkaarten van Jacob Presser en Alida Stodel; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Jacob Presser, Alida Presser-Stodel, Sara en Jack Presser en de website oorlogsbronnen.nl.