Mathilde Buttenwieser, geboren op 13 december 1875 in Odenheim (Baden, Zuid-Duitsland), vestigde zich op 9 oktober 1940 in Nijmegen, komende vanuit Haarlem, waar zij vanaf juli 1937 had gewoond. Op 26 oktober 1936 werd in Haarlem haar huwelijks met Rothschild Hirsch ontbonden.
In Nijmegen woonde Mathilde in bij mevrouw Betje Zilversmit en het gezin van Salomon Voet aan de Ubbergseveldweg 71. In juli 1941 verhuisde zij naar de Barbarossastraat 21.
Als maatregel van joden vervolging verplichtte de Duitse bezetter joodse inwoners, aan hun officieel geregistreerde voornamen respectievelijk de naam Israël (bij mannen) en Sara (bij vrouwen) toe te voegen. Daardoor heeft zij ook geregistreerd gestaan onder de naam Mathilde Sara Rothschild-Buttenwieser.
Haar huis werd op 18 maart 1943 ontruimd. Zij is opgepakt op 17 nov.'42 en overgebracht naar Westerbork, vervolgens op transport (nr.38) gesteld naar Auschwitz en direct na aankomst op 27 november 1942 in het concentratiekamp Auschwitz vermoord.
Mathilde was een dochter van Jacob en Frederika Buttenwieser, zij had drie zussen Betty Isaac, Justine Hilb, Dina Fuchs en zes broers, waaronder Leopold, Simon, Bernhard en Berthold.
www.oorlogsdodennijmegen.nl