Mietje van Goch was een dochter van Isaak van Goch en Julie Berkleij. Zij was geboren in Schoonhoven op 1 Mei 1864 en trouwde op 27 Mei 1885 in Rotterdam met Abraham Mug, een zoon van Jacob Levie Mug en Mietje Swaab. Tussen 1885 en 1898 kreeg het echtpaar zes kinderen, t.w. Mietje in 1885, Isaac in 1888, Philip in 1890, Julie in 1893, Levie in 1896 en Philip in 1898.
Het gezin Mug woonde op diverse adressen in Rotterdam, waar Abraham Mug, koopman in vis, op 21 Januari 1922 is overleden en is begraven op de Joodse Begraafplaats Toepad in Rotterdam. Ook na het overlijden van haar man heeft Mietje Mug-van Goch op diversee adressen in Rotterdam gewoond. Haar laatste adres, voordat zij werd opgenomen in het Israëlitisch Oude Liedengesticht in de Claes de Vrieselaan 70, was nog per 10 Mei 1930 de Nieuwekerkstraat 79/4 in Rotterdam.
Nog voor dat het Israëlitisch Oude Liedengesticht in Februari 1943 op bevel van de Duitsers werd ontruimd, was de 78-jarige Mietje Mug-van Goch al op 23 October 1942 vanuit Westerbork op transport gesteld naar Auschwitz, waar zij bij aankomst op 26 October 1942 onmiddellijk werd vermoord in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau.
Bronnen o.a. het stadsarchief Rotterdam, gezinskaarten van Abraham van Mug; huwelijksakte nr,1885.461-Folionummer c040v-Abraham Mug x Mietje van Goch; website Joodserfgoed Rotterdam/gebouwen/Oudeliedengesticht; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Mietje van Goch-Mug.