De Hoofdcommissaris van Politie te Eindhoven verzocht opsporing, aanhouding en voorgeleiding van Maurits de Jongh, wonende te Eindhoven. Hij werd ervan verdacht van woonplaats te zijn veranderd zonder de daartoe vereiste vergunning te hebben verkregen. Met deze omschrijving werden joden aangeduid die waren ondergedoken.
Algemeen Politieblad, nr 36, 10 september 1942, 1028, bericht 1904