Van dit gezin is ook een JOKOS-dossier (nummer 21284) aanwezig op het Gemeentearchief van Amsterdam. Voor inzage is toestemming nodig van de stichting Joods Maatschappelijk Werk.
Heintje zat van 27 augustus 1889 tot 20 juli 1898 op de Groningse dovenschool. Volgens de gegevens van de school was zij op de leeftijd van anderhalf jaar doof geworden. Heintje leerde het ambacht naaien.
Haar vader was slagersknecht van beroep.
Volgens de archieven van de school deed Heintje op 11 juli 1898 belijdenis bij de Nederlands-Israëlitische synagoge.