Een knotje tussen 100 snorren: dat was Alida de Jong op een foto van het congres van 1914 van het Nederlands Verbond van Vakvereenigingen (NVV), voorloper van de FNV. Ze was een van de zeer weinige vrouwen die een vooraanstaande positie verwierf in de vooroologse vakbeweging. Ze kwam uit een straatarm joods gezin in de Weesperstraat. Na de lagere school werd ze naaister. In 1905 werd ze lid van de Bond in de Kleedingindustrie, waarin ze zo opviel door haar interelligentie en welbespraaktheid dat zij in 1912 als eerste vrouw in Nederland bezoldigd bestuurder van haar vakbond werd, verantwoordelijk voor de afdeling Amsterdam. Via de vakbeweging werd ze in de jaten '30 voor de Soc-Democr. Arbeiderspartij (SDAP, voorloper PvdA) Tweede-Kamerlid en Amsterdams Gemeenteraadslid. Zij trouwde niet en woonde sinds 1926 samen met haar oudere zus Nanette (die het huishouden deed) en Mozes (informeel Jaap), melkbezorger.
Op dit adres woonde het drietal sinds 1941; in de Jekerstraat, het vorige adres, woonden ze driehoog, maar dat was problematisch voor Jaap, die hartklachten had. Als enige van het drietal is hij niet gedeporteerd, want hij stierf al in 1941 aan een hartaanval.
Alida en Nanette werden bij een razzia eind juni 1943 opgepakt en op 9 juli 1943 in Sobibor vermoord.
Alida, Nanette en Jaap waren de tantes en oom van de latere historicus Loe de Jong en diens ook in de oorlog omgebrachte tweelingbroer Sally de Jong.
Verhaal
Alida de Jong (1885-1943), een vakbondsvrouw van voor de oorlog.
Een knotje tussen honderd snorren
Een knotje tussen 100 snorren: dat was Alida de Jong op een foto van het congres van 1914 van het Nederlands Verbond van Vakvereenigingen (NVV), voorloper van de FNV. Ze was een van de zeer weinige vrouwen die een vooraanstaande positie verwierf in de vooroologse vakbeweging.