In de bijdrage over Willy Julius Rosen
is een afbeelding toegevoegd van een programmaboekje getiteld: theater van de lach. Ten onrechte wordt dit programmaboekje toegeschreven als zijnde van een voorstelling in de Joodsche Schouwbrug. Op de voorkant van het programmaboekje staat vermeld "Sellmeijers theater". En dat wás ook Johan Sellmeijers theater. Dit theater heette tot 1941 Beatrixtheater en het is het huidige Desmet aan de Plantage Middenlaan in Amsterdam.
Wel mochten hier tot mei 1941 joodse artiesten optreden en werd joods publiek toegelaten. Dit allemaal dankzij het moedige optreden van Johan Sellmeijer die in vele discussie met Aus der Funten en het DVK vol hield dat zijn theater open stond voor joden en niet-joden. Dat standpunt heeft hij tot en met maart 1941 kunnen volhouden, daarna werd hij gedwongen zijn theater te verkopen. Niet lang daarna was er een tapijtboer gevestigd.
Sellmeijer heeft de oorlog overleefd. Dat kunnen de meeste van 'zijn' artiesten niet zeggen.
Verhaal