Op zoektocht naar het oorlogs wel en wee van mijn grootvader Louis Polak heb ik onder andere een klein deel van de dossiers van de na-oorlogse 'Bijzondere Rechtspleging' doorgespit. Het bleek een getuigenverklaring te bevatten van mijn tatante Dolly die samwen met mevrouw Rebekka Dupont-Reindorp is opgepakt.
Uit de getuigenverklaring bleek dat mevrouw Rebekka Dupont-Reindorp (na verraad?) op 9 juli 1943 is opgepakt op haar onderduikadres, Nwe.Prinsengracht 3 III door twee "Jodenjagers" beiden van de duivelse Colonne Henneicke.
Het onderduikadres was de meubel-werkplaats van mijn grootvader Louis Polak (Deventer 6-3-1886 - Sobibor 23 juli 1943). Hij, mijn tante Dolly en mevrouw Rebekka Dupont-Reindorp hadden 'zich er net geinstalleerd toen de twee 'Jodenjagers' zich aandienden. Alle drie werden in eerste instantie naar het hoodkwartier van de 'Jodenjagers' aan het Adama van Scheltemaplein gevoerd en nadien naar de Hollandse Schouwburg.
Mevrouw Dupont-Reindorp en mijn grootvader zijn gedwongen om de gehele droevige tocht naar Sobibor te maken. Het resultaat is bekend. Mijn tante wist mede op aanwijzing van mijn grootvader te vluchten en onder te duiken. Zij heeft de oorlog overleefd. Door haar verklaring voor de 'Bijzondere Rechtspleging' is het dat dit nu bekend is.
Loet Polak
PS: blijft de vraag hoe mijn grootvader, mevrouw Dupont-Reindorp kende; dit wordt niet duidelijk uit het dossier; ik vermoed dat mijn grootvader haar kende via haar, gedeporteerde zoon die volgens de gegevens van het Joods Monument, meubelstoffeerder was; hij zal zich haar lot wel aangetrokken hebben toen zij als enige van haar familie nog niet gedeporteerd was.