Moses (Moos) Cohen was een zoon van Levie Abraham Cohen en Rosina Levie. Hij was kunstschilder. In 1921 ging hij naar de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam. Hij voltooide zijn studie daar in 1928. Hij gaf tekenles en kunstgeschiedenis aan de Hendrick de Keyserschool in Amsterdam en maakte tekeningen in opdracht. Hij huwde in 1938 met een niet-joodse vrouw. Tijdens de oorlog werd hij tekenleraar aan de joodse HBS.
R. Fuks-Mansfeld (red.), Joden in Nederland in de twintigste eeuw. Een biografisch woordenboek (Utrecht 2007) 52
Moses Cohen werkte mee aan de vervalsing van persoonsbewijzen. In 1942 probeerde hij naar Zwitserland te ontkomen. Aan de Frans-Zwitserse grens, nabij het Franse plaatsje Gex, is hij op 28 september 1942 gepakt. Via het Franse doorgangskamp Drancy is Moses Cohen naar Auschwitz op transport gesteld.
Van Moses Cohen is een distributie stamkaart bewaard.
NIOD, Erelijst Verzet en Koopvaardij, database vervaardigd door dhr J.W. de Leeuw;
Het Joodsche Weekblad, 27 februari 1942, 5
Joods Historisch Museum, Documentenverzameling, inv.nr 6767;
B. Braber, Zelfs als wij zullen verliezen. Joden in verzet en illegaliteit in Nederland 1940-1945 (Amsterdam, 1990) 146-147