Hermann Seinfeld kwam in 1929 uit Wenen naar Waalwijk om zich daar in het schoenenvak te bekwamen. Hij woonde bij de familie Van Adelberg op de Markt. Hermann werd op 31 augustus 1942 met nog vijf Waalwijkse Joden op transport naar Polen gezet. De trein stopte bij het Poolse Kozle, waar alle Joodse mannen tussen vijftien en vijftig jaar moesten uitstappen. Hierbij waren vijf Waalwijkers, waarvan er één overleefde. Laatstgenoemde herinnerde zich: “… en die nacht (kwamen wij) in het eerste kamp in Opper Silezië, Niederkirch aan. Tesamen met mij waren de overige jongemannen uit Waalwijk. Zij bleven daar ongeveer tien dagen, om nadien naar een ander kamp te worden overgeplaatst. Sindsdien heb ik niets meer van hen gehoord of gezien”.
Jack Didden, ‘De laatste Joden in Waalwijk’, in: M. van Loon e.a. (red.), Geschiedenis van de joden in Waalwijk 1690-1945 (Waalwijk, 1990) 80-109
Hermann Seinfeld was medewerker van de Koninklijke Chroomlederfabriek 'De Amstel' (voorheen L.S. Gompen). De fabriek was gevestigd in Waalwijk. Tijdens de oorlog zijn zes medewerkers, waaronder enkele van de eigenaren, weggevoerd en omgebracht.
Na de oorlog is een gedenkplaat voor de zes medewerkers aangebracht aan het hoofdgebouw van de fabriek. Toen het gebouw jaren later werd afgebroken is de gedenkplaat in privé bezit gekomen.
Toevoeging van een bezoeker van de website